Utrecht, Stadsvrijheid, Maliebaan
123. Mandaat van de ridderschap van Utrecht aan rentmeester Herman van Ewijck om de kerkmeesters van de Geertekerk te betalen vanwege het zetten van een glazen raam in de Geertekerk met het wapen van het convent, 16581. Akte waarbij priorin Beatrijs Zoudenbalch en het Wittevrouwenconvent verklaren dat zij Lijsbeth van der Hair, dochter van Jan van der Hair Loefszone, als medezuster hebben aangenomen, en van Hildegont, weduwe van Jan van der Hair, een los- en lijfrente hebben ontvangen ten laste van de goederen en renten van wijlen Jan van der Hair, onder afstand door Lijsbeth van de verdere nalatenschap van haar ouders, 1494 okt. 42. Verzoekschrift van kapitein Jorien van Buchholtz aan de Staten van Utrecht om zijn dochtertje Henrica van Bucholtz, wonende bij jonkvrouwe Van Erp, conventuale van Utrecht van Wittevrouwen, met de eerst openvallende prebende in het Wittevrouwenconvent te begeven, [ca. 1590]3. Akte waarbij de prior van de Grande Chartreuse en het generaal kapittel van de kartuizerorde verklaren, dat zij Heylwich van der Hair, priorin, Gertruud van Zulen, keldermeesteres, en overige premonstratenzer zusters te Utrecht deelgenoot maken van de goede werken van de kartuizerorde vanwege hun toewijding aan de orde in het algemeen en aan het klooster Genadendal bij Brugge in het bijzonder, 1518 mei 3
subject
Utrecht, Stadsvrijheid, Maliebaan
label
Utrecht, Stadsvrijheid, Maliebaan