Utrecht, stad, Wittevrouwenpoort
25. Overdracht door Jan Woutersz. Koij en zijn vrouw Erkje van Spengen, Willem Verwey, raad in de vroedschap van Utrecht, gemachtigde van Marretje en Cornelia van Kesteren en Anna van Kesteren, erfgenamen van Harmen van Kesteren, aan Abraham Straalman, 1746 juli 2726. Overdracht door Hendrik Jongbloed, mede-executeur-testamentair van wijlen Abraham Straalman, aan Willem Straalman, heer van Ruwiel, met aan de keerzijde berekening van de legesgelden, 1759 sept. 869. 1622-162371. 1626-162776. 1631-163277. 1633-163478. 1635-1636113. 1724-1727126. Akte van uitgifte van een losrente door vrouwe Geertruyt van der Borch en Wittevrouwenconvent ten behoeve van Aeffgen Philips Eelgissoensdochter, weduwe van Willem Peter Willemsz., vanwege een lening ter voldoening van de opgelegde oorlogslasten, onder hypotheekstelling van 4 morgen land tussen de Dorpsdijk en de Hoofdwetering te Oostveen, 1586 juli 31, aan de keerzijde verklaring van aflossing, 1615.128. Akte van schuldbekentenis door Justus van Cuylenborgh, rentmeester van Mariëndaal, Vrouwenklooster en Wittevrouwen, wegens een lening van Elisabeth Verzeyll, weduwe van Jan Cyprianus van Ewijck, hoofdofficier van de stad Utrecht, 1751, afgelost, 1791.Akten van uitgifte in erfpacht door de ridderschap van voornoemde halve hoeve land te Breukelerwaard, 1694-175951. 1597-159853. 1599-1600Het globale karakter van deze inventarissen, de vele latere toevoegingen en het feit dat al meerdere inventarissen van archieven uit bovengenoemde Catalogus waren gelicht, maakten een gedetailleerde herinventarisatie noodzakelijk, met toevoeging van een concordantie op de inventarisnummers van De Hullu en Waller Zeper. Specificaties van de inhoud van de registers van de akten zijn achter elke inventaris als bijlagen opgenomen. Bij alle oorkonden van vóór 1300 is een verwijzing opgenomen naar het betreffende oorkondenummer in het Oorkondenboek van het Sticht Utrecht (OSU) Oorkondenboek van het Sticht Utrecht (OSU) 5 dln., S. Muller Fz., C.A. Bouman, K. Heeringa en F. Ketner (ed.) (Utrecht/Den Haag 1920-1959), dl. 1, nr. 481, 8-24 september 1174.. . Het archief van de St. Stevensabdij is geïnventariseerd door C.A. van Kalveen en L.C. van Zetten. De inventarissen van de vier andere kloosterarchieven, de inleiding, de bijlagen en de indices zijn van de hand van C.A. van Kalveen.1. Akte waarbij priorin Beatrijs Zoudenbalch en het Wittevrouwenconvent verklaren dat zij Lijsbeth van der Hair, dochter van Jan van der Hair Loefszone, als medezuster hebben aangenomen, en van Hildegont, weduwe van Jan van der Hair, een los- en lijfrente hebben ontvangen ten laste van de goederen en renten van wijlen Jan van der Hair, onder afstand door Lijsbeth van de verdere nalatenschap van haar ouders, 1494 okt. 42. Verzoekschrift van kapitein Jorien van Buchholtz aan de Staten van Utrecht om zijn dochtertje Henrica van Bucholtz, wonende bij jonkvrouwe Van Erp, conventuale van Utrecht van Wittevrouwen, met de eerst openvallende prebende in het Wittevrouwenconvent te begeven, [ca. 1590]
subject
Utrecht, stad, Wittevrouwenpoort
label
Utrecht, stad, Wittevrouwenpoort