. Op het sermoen ghedaen voor d'Inleydinghe van de Academie van Utrecht in 1636. Door den Eerweerdigen Hoogh-geleerden D. Gisbertum Voetium, Professor in de H. Theologie aldaar. (slotfragment) Comt dan wie dat ghy sijt bekent in onze Tael ... / [Anna Maria van Schurman]. - In: [VV 15 (1956 004)], p. 12-13. - portr.tek. Fragment door Anna Maria van Schurman (1607-1678), de eerste vrouwelijke student aan de universiteit toegelaten, waarin zij haar sexegenoten vermaant om zich eveneens aan de studie te wijden. Het staat gedrukt achter de openingsrede welke door de hoogleraar Gijsbert Voet werd gehouden bij de opening van de nieuwe universiteit in 1636

. Op het sermoen ghedaen voor d'Inleydinghe van de Academie van Utrecht in 1636. Door den Eerweerdigen Hoogh-geleerden D. Gisbertum Voetium, Professor in de H. Theologie aldaar. (slotfragment) Comt dan wie dat ghy sijt bekent in onze Tael ... / [Anna Maria van Schurman]. - In: [VV 15 (1956 004)], p. 12-13. - portr.tek. Fragment door Anna Maria van Schurman (1607-1678), de eerste vrouwelijke student aan de universiteit toegelaten, waarin zij haar sexegenoten vermaant om zich eveneens aan de studie te wijden. Het staat gedrukt achter de openingsrede welke door de hoogleraar Gijsbert Voet werd gehouden bij de opening van de nieuwe universiteit in 1636