897. Conclusie van eis van Jan Beth voor de grote raad van Mechelen, in zijn proces tegen Rutger van den Boetzelaer, van wie hij eist dat hij als bezitter van de heerlijkheid Asperen en van andere goederen van zijn overleden broer Floris van den Boetzelaer, diens schulden zal betalen, 1578

897. Conclusie van eis van Jan Beth voor de grote raad van Mechelen, in zijn proces tegen Rutger van den Boetzelaer, van wie hij eist dat hij als bezitter van de heerlijkheid Asperen en van andere goederen van zijn overleden broer Floris van den Boetzelaer, diens schulden zal betalen, 1578