Strick, Johan (1583-1648)
21. Reglement op het bestuur ten platten lande in de provincie Utrecht, 182522. Stukken betreffende de aanstelling door de heer van Linschoten van de schout van Linschoten, Mastwijk en Polanen, 1603-170428. Stukken betreffende de aanstelling van secretarissen van Linschoten c.a., 1656, 166234. Stukken inzake het proces voor de arrondisementsrechtbank te Utrecht tussen Gerard van Dam, burgemeester, schout en secretaris van Linschoten, en Alexander H. von Arnim als voogd over zijn dochter Else von Arnim, erfgename van Adriaan J.H.P.E.N. Strick van Linschoten, betreffende de betaling van recognitiegeld door Van Dam, 1853. Met retroakten, 185238. Akten van aanstelling door de heer van Linschoten van Robert van Honthorst, respectievelijk Andries van Wijk tot watergraaf van de Nieuwe Vaart tussen Montfoort en Linschoten, 1619, (ca. 1650). Origineel en minuut40. Circulaire van Gedeputeerde Staten van Utrecht aan de heer van Linschoten betreffende zijn recht van voordracht van heemraden en watergraaf van de Hoge IJsseldijk, 1824Stukken inzake het proces voor de vierschaar te Linschoten tussen de erfgenamen van Elisabeth Cornelisdochter Ketelmans enerzijds en de erfgenamen van Hendrik Klaasz. Spruijt anderzijds, betreffende de erfpacht van 2½ morgen land in de Hoge Polder afkomstig uit de nalatenschap van Elisbeth voornoemd, 1637-1638. Met retroakten vanaf 157845. Aeltien van Beusekum, weduwe van Jasper Hendrickszoon van Nesch, aan Juriën Outhoff en zijn vrouw Margrieta van der Heijde, 1671 sept. 2661. Beschikking van Johan Strick, heer van Linschoten, en Johan Weede, dat de ingelanden van Mastwijk hun deel in de quotisatie per morgen zullen betalen overeenkomstig de voorafgaande memorie van Gerrit Dircks Ruijven, 164462. Kohieren van het oudschildgeld en schellinggeld over Linschoter Haar, Kromwijk en Polanen, met vermelding van de jaarlijkse verhoging, morgentalen, gebruikers en eigenaars, 1644, 165363. Kohieren van het logies-, consumptie-, en quotisatiegeld van Polanen, Wulverhorst, Kromwijk, Linschoter Haar en Vlooswijk, 1644-1676, met hiaten64. Rekest aan de Staten van Utrecht van schouten en schepenen van Linschoten, Kattenbroek en Polanen, om voortaan de logiesgelden afzonderlijk te mogen innen en af te dragen, 1644. Met gunstige beschikking, 1645. Afschriften66. Rekest aan de Staten van Utrecht van Huijbert Huijbertsz. Vlieger, schout van Polanen, om de schouten van Wulverhorst, Kromwijk, Linschoter Haar en Vlooswijk te dagvaarden in verband met het door hem te veel betaalde logiesgeld of bierimpost, met gunstige beschikking, 166867. Staten van het morgengeld in de Haarslag (Hoge en Lage Polder en Linschoter Haar) en Wulverhorst, met opgave van eigenaars en grootte van hun land, 1687, 1695, 171868. Staat, betreffende de hoogte van de omslag van de quotisatie en consumptiegelden per morgen in de gerechten in het land van Montfoort, (17e eeuw)69. Staat van opgebrachte belastingen over 1717-1733 in Kattenbroek, Schagen en Den Engh en de Uiterdijken van Mastwijk, (ca. 1733). Klad72. Kattenbroek en de Uiterdijken van Mastwijk73. Schagen en Den Engh74. Kromwijk c.a.75. Polanen78. Rekesten aan het provinciaal bestuur van Utrecht van secretaris J. Konold, namens de municipaliteiten van Linschoten, Kattenbroek, Schagen en Den Engh, Polanen en Vlooswijk om de voormalige schout Anthony van Dam te gelasten zijn administratie over te dragen en verantwoording af te leggen, opdat de municipaliteiten aan hun belastingverplichtingen kunnen voldoen, 1795-1797. Afschriften79. Staat van opbrengsten van diverse belastingen te Linschoten en Mastwijk, Polanen Linschoter Haar, Kattenbroek, Schagen en Den Engh, Wulverhorst en Kromwijk, en Vlooswijk, met klad-aantekening, (18e eeuw)81. Stukken betreffende het verbod om in het Grootwaterschap van Woerden bomen te laten groeien binnen een straal van 50 roeden van een windmolen, 1595-167083. Staat van de hoefslagen langs Rijn, Linschoten en beide Wiericken, opgemeten op last van dijkgraaf, kameraars en hoogheemraden van het Grootwaterschap van Woerden, 165184. Uittreksels van akten uit 1528 en 1582 van dijkgraaf en hoogheemraden van het Grootwaterschap van Woerden betreffende de sluizen in Oudewater, (17e eeuw)85. Stukken betreffende geschillen tussen waarslieden en ingelanden van de vijf stemmende parochies van het Grootwaterschap van Woerden enerzijds en dijkgraaf en hoogheemraden anderzijds, aangelegd door Adriaan Strick van Linschoten als ingeland en gecommitteerde, 1707-171786. Stukken betreffende de inneming van de polder het Westeinde van Waarder in het hoogheemraadschap van Rijnland, met opgave van de grootte van de polder in verband met de op te brengen belasting, 1578-1653. Afschriften, 165888. Stukken betreffende het roten van hennep in de polders Zuidzijde en Weypoort van Bodegraven onder de jurisdictie van het hoogheemraadschap van Rijnland, 1610-1619. Afschriften, 165889. Afschriften van akten uit 1564 betreffende de inneming van de polders Zuidzijde en Weypoort van Bodegraven in het hoogheemraadschap van Rijnland, 165790. Stukken betreffende het onderhoud van het zandpad van Achthoven via de Lindeboom bij Montfoort naar het dorp Linschoten, 1648-165791. Attestatie door kameraars en schepenen van Linschoten en kameraars van Kattenbroek en Den Engh, op verzoek van de heer van Linschoten, over welk gedeelte van de dijk tussen Linschoten en Mastwijk en de weg van de ingelanden van Den Engh naast de Linschoterdijk zij de schouw voeren, 164993. Schouwbrief van de Hoge en Lage Polder, Wulverhorst, Kromwijk, Linschoter Haar en Noord Linschoten, 1723. Concept. Met brief van Willem Costerius, secretaris van Linschoten, aan de heer van Linschoten, waarin deze commentaar geeft op de schouwbrief, 172365. Akte, waarbij de ingelanden van Mastwijk verklaren, dat de inning van consumptie-, quotisatie- en personeelgeld voortaan weer gezamenlijk met de andere polders door de gerechtslieden van Linschoten zal geschieden, 1650
subject
Strick, Johan (1583-1648)
label
Strick, Johan (1583-1648)