4264. Stukken betreffende de geschiedenis van het klooster Heinsberg, 1913-1960 [In de marge: Tocht van Marten van Rossem in Brabant ] In ’t jaer ons Heeren 1542 doe vergaderde Marten van Rossem ende Adriaen van Bilant, heer van Wel, ende meer jonkeren veel peer- den en knegten. Ende op Ons Vrouwendagh Visitatio des jaars voorseyd so rysden Marten van Rossum voorseyd mit al die jonkeren ende knegten door de Kempen in Brabant voor Antwerpen, doende groote schade, want nimant had sijn goet weghgebroght, want men syde dat in seshondert jaar, ruyter noch knegten voor Antwerpen hadde geweest om die stad ofte dat lant schade te doen. Maar daer worden kloosters noch kerken gespaert om die stad ende in dat keysers lant, maar verbrant ende vernielt. Ook mede veel kostelijke husen ende dorpen in ’t lant. [In de marge: De kry[g]sknegten [o]vertreden het gebod dat se Goddelijke eer bewyse ] Die Borgonyese vergaderde ook ruter en knegten daar sy mede togen naar Vrankrijk ende voort in ’t lant van Gulik ontrent voor Alrehyligen ende namen daar veel ste- den in alse Hensberg, Sittert, ende meer andere sloten, huysen, cloosteren ende kerken worden vernielt ende ornamenten verdor- ven ende worpen (God vergeve het haar) dat Hylige Sacrament enden Hyligen Oly onder de voeten. Ende al dat land word t’ eenemaal ver- dorven. Die heer van Corny, nu geheten de grave van Hoogstraten, bleef in Hensberg ende den hartog van Aerschot bleef ook in ’t land van Gulik. [In de marge: De Gelderse slaan de borgonyers ] Cors daarna quamen de Gelderse leggen voor Hensberg ende doe sij een wijle tijts daer voor hadden gelegen, quamen de Bor- gondische en speysde Hensberg op Paeschavond 1543 . Ende de Gel- derse knegten omsingelde de Borgonyese en sloegen den andere dat er veel volks ten wedersyde dood bleef. Ende de Gelderse behielden het velt, agterlatende de Borgonyers al haar bussen. Ende bleven veel goede luden aen byde sijden dood en gevangen. Ende die Gelderse lagen wederom voor Hensberg. Ende quamen die Borgondise