Kookpot

De aardewerk pot heeft een gebogen buik en bodem.<BR> Hij heeft een duidelijke afscheiding tussen schouder en buik, het zogenaamde omkeerpunt.<BR> Dit punt vormt de grootste middellijn; daarboven welft de pot terug naar binnen.<BR> De pot heeft een naar buiten uitwijkende rand.<BR> De rand is met drie rondgaande ribbels versierd.<BR> Op de hals is een zigzagversiering aangebracht, met daaronder een soort dakvormige versiering van ingekraste putjes.<BR> De buikwand en bodem gaan ongemerkt in elkaar over.<BR> De kookpot is waarschijnlijk tot het omkeerpunt gevormd volgens de drijf- en klopmethode, en vanaf het omkeerpunt naar boven toe volgens de spiraalwindingsmethode.<BR> <BR> Potten als deze werden gemaakt [in het gebied van de Astrolabebaai en/of] op Sio, een eilandje voor de kust van noordoost Nieuw-Guinea, dat bezocht werd door de handelaren van Siassi. <BR> In ruil boden de handelaren obsidiaan, tapa en rode verfstof aan. <BR> Via de handelaren van de Siassi Eilanden bereikten de potten onder andere de Kilenge op westelijk Nieuw-Brittannië. <BR> Net als de houten etenskommen vormden de kookpotten een onderdeel van de bruidsprijs.<BR> <BR> De potten van de verschillende dorpen vertonen slechts geringe stijlverschillen. Een algemene karakteristiek van deze potten is: "The vessels are spherical, with thin walls, round bases, restricted necks and everted rims."<BR> Potten (kulo) van Sio bestaan in twee verschillende maten, klein en groot, waarbij de hoogte varieert van 14 tot 32 cm. Gitua potten (uro) komen voor in drie maten, klein, middelgroot, en groot, met de hoogten variërend van 12 tot 38 cm. <BR> De kleine potten bevatten voedsel voor twee personen, de middelgrote potten worden gebruikt voor een gezin, en de grootste potten dienen voor het koken van varkensvlees en ander voedsel tijdens feesten.<BR> Alleen vrouwen mogen deze potten maken. Meisjes leren het maakproces voor hun huwelijk van hun moeders of andere vrouwelijke verwanten. In het algemeen worden de oudere vrouwen als de experts beschouwd. <BR> <BR> Met gebogen buik en bodem. Duidelijke afscheiding tussen schouder en buik, het zogenaamde omkeerpunt. Dit punt vormt de grootste middellijn; daarboven welft de pot terug naar binnen.<BR> Ongeveer 2.5 cm. brede naar buiten afwijkende rand.<BR> Deze rand heeft aan de buitenkant 3 rondgaande ribbels boven elkaar. Daaronder op de hals een zigzaglijn, met daar weer onder 6 x een -vormig patroon van ingekraste putjes. Buik en bodem gaan onmerkbaar in elkaar over. Bruinzwart van kleur, met hier en daar wat lichtere vlekken. Gevormd volgens de drijf- en klopmethode en vanaf het omkeerpunt naar boven toe de spiraalwin-dingsmethode? <BR> Dergelijke potten worden gemaakt in Nieuw-Guinea en van daaruit verhandeld. Voor goederen ter waarde van Fl. 20,-- gekocht van de moeder van Moyo, dorp Ongaia. Gekocht om een ander exem-plaar te vervangen dat Gerbrands had gekocht van mensen van de Siassi-eilanden die met een Siassi-handelsprauw naar Kilenge waren gekomen (zie kleurendia's nr. 611- ?).<BR> Dit eerste exemplaar was van slechte kwaliteit, de rand ervan brak na twee dagen zomaar uit zich-zelf af. Oud nummer: K 227.<BR> Waarschijnlijk zijn de Siassi-eilanden een tussenstation in de handel van potten van de Astrolabe-baai naar Kilenge. Eind vorige eeuw kwamen de Siassi-mensen naar Sikawa en ruilden daar aarde-werk uit Nieuw-Guinea voor obsidiaan, tapa en rode verfstof die o.a. uit Kilenge kwamen (Finsch). Potten uit de Astrolabebaai worden verhandeld naar Sikawa en Rook. Ook lijkt de vorm van de hier beschreven pot op de producten van Yabob (Tuckson) en Bilibili (Hagen).<BR> <BR> <BR> <BR>

Kookpot

De aardewerk pot heeft een gebogen buik en bodem.<BR> Hij heeft een duidelijke afscheiding tussen schouder en buik, het zogenaamde omkeerpunt.<BR> Dit punt vormt de grootste middellijn; daarboven welft de pot terug naar binnen.<BR> De pot heeft een naar buiten uitwijkende rand.<BR> De rand is met drie rondgaande ribbels versierd.<BR> Op de hals is een zigzagversiering aangebracht, met daaronder een soort dakvormige versiering van ingekraste putjes.<BR> De buikwand en bodem gaan ongemerkt in elkaar over.<BR> De kookpot is waarschijnlijk tot het omkeerpunt gevormd volgens de drijf- en klopmethode, en vanaf het omkeerpunt naar boven toe volgens de spiraalwindingsmethode.<BR> <BR> Potten als deze werden gemaakt [in het gebied van de Astrolabebaai en/of] op Sio, een eilandje voor de kust van noordoost Nieuw-Guinea, dat bezocht werd door de handelaren van Siassi. <BR> In ruil boden de handelaren obsidiaan, tapa en rode verfstof aan. <BR> Via de handelaren van de Siassi Eilanden bereikten de potten onder andere de Kilenge op westelijk Nieuw-Brittannië. <BR> Net als de houten etenskommen vormden de kookpotten een onderdeel van de bruidsprijs.<BR> <BR> De potten van de verschillende dorpen vertonen slechts geringe stijlverschillen. Een algemene karakteristiek van deze potten is: "The vessels are spherical, with thin walls, round bases, restricted necks and everted rims."<BR> Potten (kulo) van Sio bestaan in twee verschillende maten, klein en groot, waarbij de hoogte varieert van 14 tot 32 cm. Gitua potten (uro) komen voor in drie maten, klein, middelgroot, en groot, met de hoogten variërend van 12 tot 38 cm. <BR> De kleine potten bevatten voedsel voor twee personen, de middelgrote potten worden gebruikt voor een gezin, en de grootste potten dienen voor het koken van varkensvlees en ander voedsel tijdens feesten.<BR> Alleen vrouwen mogen deze potten maken. Meisjes leren het maakproces voor hun huwelijk van hun moeders of andere vrouwelijke verwanten. In het algemeen worden de oudere vrouwen als de experts beschouwd. <BR> <BR> Met gebogen buik en bodem. Duidelijke afscheiding tussen schouder en buik, het zogenaamde omkeerpunt. Dit punt vormt de grootste middellijn; daarboven welft de pot terug naar binnen.<BR> Ongeveer 2.5 cm. brede naar buiten afwijkende rand.<BR> Deze rand heeft aan de buitenkant 3 rondgaande ribbels boven elkaar. Daaronder op de hals een zigzaglijn, met daar weer onder 6 x een -vormig patroon van ingekraste putjes. Buik en bodem gaan onmerkbaar in elkaar over. Bruinzwart van kleur, met hier en daar wat lichtere vlekken. Gevormd volgens de drijf- en klopmethode en vanaf het omkeerpunt naar boven toe de spiraalwin-dingsmethode? <BR> Dergelijke potten worden gemaakt in Nieuw-Guinea en van daaruit verhandeld. Voor goederen ter waarde van Fl. 20,-- gekocht van de moeder van Moyo, dorp Ongaia. Gekocht om een ander exem-plaar te vervangen dat Gerbrands had gekocht van mensen van de Siassi-eilanden die met een Siassi-handelsprauw naar Kilenge waren gekomen (zie kleurendia's nr. 611- ?).<BR> Dit eerste exemplaar was van slechte kwaliteit, de rand ervan brak na twee dagen zomaar uit zich-zelf af. Oud nummer: K 227.<BR> Waarschijnlijk zijn de Siassi-eilanden een tussenstation in de handel van potten van de Astrolabe-baai naar Kilenge. Eind vorige eeuw kwamen de Siassi-mensen naar Sikawa en ruilden daar aarde-werk uit Nieuw-Guinea voor obsidiaan, tapa en rode verfstof die o.a. uit Kilenge kwamen (Finsch). Potten uit de Astrolabebaai worden verhandeld naar Sikawa en Rook. Ook lijkt de vorm van de hier beschreven pot op de producten van Yabob (Tuckson) en Bilibili (Hagen).<BR> <BR> <BR> <BR>