Stof voor 'doekjesgedrukte' kraplap, Staphorst of Rouveen, 1965–1984

Zwarte stof met ingeweven bloempatroon. Op de breedte van de stof zijn met krijt de omtrekken van de twee panden van een kraplap getekend. Het grootste deel is bedoeld als achterpand. Binnen de krijtlijnen zijn met speciale witte verf motieven in stipwerktechniek aangebracht. Een kraplap met dergelijke hoekmotieven wordt in Staphorst en Rouveen ‘doekjesgedrukte kraplap’ genoemd. Niet alleen voor linnengoed, maar ook voor de overige kleding was het gebruikelijk om stof ‘op nieuw’ in de kast te hebben. Naast een vorm van welstand was het ook handig voor onverwachte gebeurtenissen. Dit is een lap voor een Staphorster kraplap in de zware rouw. Deze lag op voorraad voor het geval men in de rouw moest.

Stof voor 'doekjesgedrukte' kraplap, Staphorst of Rouveen, 1965–1984

Zwarte stof met ingeweven bloempatroon. Op de breedte van de stof zijn met krijt de omtrekken van de twee panden van een kraplap getekend. Het grootste deel is bedoeld als achterpand. Binnen de krijtlijnen zijn met speciale witte verf motieven in stipwerktechniek aangebracht. Een kraplap met dergelijke hoekmotieven wordt in Staphorst en Rouveen ‘doekjesgedrukte kraplap’ genoemd. Niet alleen voor linnengoed, maar ook voor de overige kleding was het gebruikelijk om stof ‘op nieuw’ in de kast te hebben. Naast een vorm van welstand was het ook handig voor onverwachte gebeurtenissen. Dit is een lap voor een Staphorster kraplap in de zware rouw. Deze lag op voorraad voor het geval men in de rouw moest.