Vrouw in protestantse Zuid-Bevelandse streekdracht, 1886–1905

Ansichtkaart met een foto van een vrouw in protestantse Zuid-Bevelandse streekdracht. Ze draagt zondagse dracht. Boven de gouden 'stikken' (de vierkante oorijzeruiteinden) zijn twee paar mutsenspelden in de ondermuts gestoken. Vooraan heeft ze een paar zogenoemde kroonspelden van cantillewerk. Achter de stikken is een paar 'bolspelden' te zien. Op de 'beuk' (kroplap) zijn vier broches gespeld. Het halssnoer met zes strengen kralen heeft een driedelige sluiting. De vrouw draagt meerdere ringen aan haar vingers.

Vrouw in protestantse Zuid-Bevelandse streekdracht, 1886–1905

Ansichtkaart met een foto van een vrouw in protestantse Zuid-Bevelandse streekdracht. Ze draagt zondagse dracht. Boven de gouden 'stikken' (de vierkante oorijzeruiteinden) zijn twee paar mutsenspelden in de ondermuts gestoken. Vooraan heeft ze een paar zogenoemde kroonspelden van cantillewerk. Achter de stikken is een paar 'bolspelden' te zien. Op de 'beuk' (kroplap) zijn vier broches gespeld. Het halssnoer met zes strengen kralen heeft een driedelige sluiting. De vrouw draagt meerdere ringen aan haar vingers.