De gemeente Bunschoten, bestaande uit de dorpen Bunschoten en Spakenburg, was lang een dorp van voornamelijk boeren en vissers. De boeren woonden in Bunschoten en in het nabijgelegen Eemdijk, de vissers voornamelijk in Spakenburg. Terwijl de dracht van de vrouwen nauwelijks verschil liet zien verraadde de man met zijn kleding tot welke beroepsgroep hij hoorde. Op het eerste gezicht hadden de mannen doordeweeks dezelfde kleding aan. Toch waren er duidelijke verschillen in de details. De pet, die omstreeks 1900 de hoge hoed verving, is daar een voorbeeld van. Aan de pet van een man kon een kenner zien of hij een boer uit Bunschoten of een visser uit Spakenburg voor zich had. De pet van de boer heeft een glanzende klep en een versiering op de rand. Die van de vissers is hoger en glad, zonder versiering.