Drie voorstellingen van het gezinsleven

Eerste voorstelling speelt zich af in het interieur van een slaapkamer. Een moeder helpt haar kinderen bij het ochtendtoilet. Ze vetert het jurkje van haar dochter. Haar zoontje trekt ondertussen zijn kousen aan. In de tweede voorstelling praat een jonge vrouw met een oudere vrouw. De jongere vrouw heeft een pan in beide handen. Een klein kind staat voor haar. In de derde voorstelling leert een oude man een peuter lopen door middel van een leiband en een tuigje. Moeder en vader lokken het kind naar hen toe.

Drie voorstellingen van het gezinsleven

Eerste voorstelling speelt zich af in het interieur van een slaapkamer. Een moeder helpt haar kinderen bij het ochtendtoilet. Ze vetert het jurkje van haar dochter. Haar zoontje trekt ondertussen zijn kousen aan. In de tweede voorstelling praat een jonge vrouw met een oudere vrouw. De jongere vrouw heeft een pan in beide handen. Een klein kind staat voor haar. In de derde voorstelling leert een oude man een peuter lopen door middel van een leiband en een tuigje. Moeder en vader lokken het kind naar hen toe.