Courtisane of prostitué uit Rome, in de tijd van paus Pius V, volgens Vecellio herkenbaar aan de kleding. Zij draagt een zijden 'sottana' die tot op de grond valt. Daaroverheen mocht zij een overkleed dragen dat iets korter was dan de sottane (zimarra genaamd) Het was van zwarte stof (zoals de mantels van de weduwen) Over het hoofd een sluier die tot op de schouders valt en het voorhoofd bedekt. Op die manier gekleed onderscheidden courtisanes zich in Rome van de respectabele Romeinse dames. In ornamentrand.