Three women labourers

Buiten poseren twee staande en een zittende vrouw. Hun gezichten tonen Zuid-Indiase trekken. De vrouwen dragen een Zuid-Indiaas wikkelkleed (selai of sari) om hun middel gewikkeld, waarvan het uiteinde via de rug over de schouder naar voren is geslagen. Bij de vrouw links bedekt het haar rechterschouder en gehele bovenlijf. Op haar hoofd heeft ze een hoofddoek gevouwen. De vrouw in het midden heeft alleen haar rechterschouder bedekt maar laat haar borsten bloot. Ook zij heeft haar hoofd en haar bedekt met een brede geplooide hoofddoek. De vrouw rechts zit met gekruiste knieën op de grond. Het uiteinde van de heupdoek valt over haar rechterschouder en bedekt gedeeltelijk haar borsten. Ze heeft golvend haar, in het midden gescheiden en naar achter getrokken in een wrong (condé). Blad 97 uit een schetsboek met 117 bladen.

Three women labourers

Buiten poseren twee staande en een zittende vrouw. Hun gezichten tonen Zuid-Indiase trekken. De vrouwen dragen een Zuid-Indiaas wikkelkleed (selai of sari) om hun middel gewikkeld, waarvan het uiteinde via de rug over de schouder naar voren is geslagen. Bij de vrouw links bedekt het haar rechterschouder en gehele bovenlijf. Op haar hoofd heeft ze een hoofddoek gevouwen. De vrouw in het midden heeft alleen haar rechterschouder bedekt maar laat haar borsten bloot. Ook zij heeft haar hoofd en haar bedekt met een brede geplooide hoofddoek. De vrouw rechts zit met gekruiste knieën op de grond. Het uiteinde van de heupdoek valt over haar rechterschouder en bedekt gedeeltelijk haar borsten. Ze heeft golvend haar, in het midden gescheiden en naar achter getrokken in een wrong (condé). Blad 97 uit een schetsboek met 117 bladen.