Twee mannen buiten in een oneffen terrein. De staande man links gaat met zijn voeten schuil achter een hoop aarde. Hij gaat gekleed in een knielang heupkleed (veshti, lungi) dat hoog om het middel is vastgeknoopt. Om zijn hoofd heeft hij een schouderdoek (chadar) gedrapeerd die zijn rug en schouders bedekt en waarvan hij het uiteinde ook in de taille heeft vastgestopt. Het bovenlichaam is verder onbedekt. Hij houdt zijn blote armen voor de buik gevouwen. De man rechts zit gehurkt op een schuin aflopende berm. Ook hij draagt een heupkleed tot over zijn knieën en een schouderdoek over schouders, bovenlijf en hoofd geslagen. Alleen zijn voeten en gezicht zijn niet bedekt. Voor hem staat een soort schuifbak waarin twee voorwerpen liggen. De mannen zijn waarschijnlijk afkomstig van Zuid-India en in Colombo te werk gesteld in de wederopbouw. Blad 41 uit een schetsboek met 117 bladen.