Sinhalese soldier and a squatting labourer

Buiten op een glooiend terrein zijn twee mannen afgebeeld. Links zit een man gehurkt. Met gebogen armen die steunen op de knieën, houdt hij beide handen tegen de kin. De man draagt een halflang heupkleed (veshti, lungi) en over zijn schouder hangt de flap van een omslagdoek (chadar). Het in het midden gescheiden haar lijkt kort te zijn. De man is waarschijnlijk afkomstig van Zuid-India of Jaffna, en in Colombo tewerkgesteld in de wederopbouw. De staande man rechts draagt een dichtgeknoopt kort jasje met lange mouwen en een geplooide onderrand (hettaya), daaronder een op Singalese wijze omgewikkeld heupkleed (veshti, lungi), en om het middel een hoog omgeslagen tailleband. Op zijn linkerheup hangt een schede met een halflang zwaard (kastane); het versierde gevest toont een vogelkop. De man draagt een muts, een korte baard en een snor. Hij is een Singalese huursoldaat (lascorijn), nu in dienst van de Nederlanders. Hij hoort tot de kaste der Goviya. Blad 24 uit een schetsboek met 117 bladen.

Sinhalese soldier and a squatting labourer

Buiten op een glooiend terrein zijn twee mannen afgebeeld. Links zit een man gehurkt. Met gebogen armen die steunen op de knieën, houdt hij beide handen tegen de kin. De man draagt een halflang heupkleed (veshti, lungi) en over zijn schouder hangt de flap van een omslagdoek (chadar). Het in het midden gescheiden haar lijkt kort te zijn. De man is waarschijnlijk afkomstig van Zuid-India of Jaffna, en in Colombo tewerkgesteld in de wederopbouw. De staande man rechts draagt een dichtgeknoopt kort jasje met lange mouwen en een geplooide onderrand (hettaya), daaronder een op Singalese wijze omgewikkeld heupkleed (veshti, lungi), en om het middel een hoog omgeslagen tailleband. Op zijn linkerheup hangt een schede met een halflang zwaard (kastane); het versierde gevest toont een vogelkop. De man draagt een muts, een korte baard en een snor. Hij is een Singalese huursoldaat (lascorijn), nu in dienst van de Nederlanders. Hij hoort tot de kaste der Goviya. Blad 24 uit een schetsboek met 117 bladen.