Jongeman in een 'habit' van scharlakenrood laken. Volgens de begeleidende tekst is de jas gevoerd met witte zijde en zijn er grote witte knopen van parelmoer op bevestigd. De uiteinden van de mouwen zijn geopend 'à la Marinière' en met twee dezelfde knopen aan de zijkant gesloten. Vier knopen op de zakken van de jas. Kraag van dezelfde stof. Onder de jas een zeegroen vest van zware zijde ('Gros-de-Tour') met goudkleurige strepen; versierd met kleine witte knopen. 'Culotte' of kniebroek van licht citroengeel kasjmier, met een rij knoopjes aan de onderkant. Witte zijden kousen. Schoenen met zilveren schoengespen. Op het hoofd een hoed `à l'Androsmane'. Wandelstok van bamboe in de hand. De prent maakt deel uit van het 14e Cahier uit de serie Cabinet des Modes ou les Modes Nouvelles. De serie bestaat uit 72 modeprenten, uitgegeven door Buisson, Parijs, 15 november 1785 - 1 november 1786.