Vouwwaaier met enkel blad van papier, beschilderd met centrale cartouche met huwelijksaltaar en figuren in klassieke kledij in gouache, geflankeerd door twee grisialle medaillons met putti op een montuur van gesneden ivoor voorzien van drie medaillons

Vouwwaaier met enkel blad van papier, beschilderd met centrale cartouche met huwelijksaltaar en figuren in klassieke kledij in gouache, geflankeerd door twee grisialle medaillons met putti op een montuur van gesneden ivoor voorzien van drie medaillons. Blad: in de centrale cartouche leidt Hymen - de god van het huwelijk - een paar gekleed in klassieke kledij naar een huwelijksaltaar waarop de vlam ontstoken is door Hymen met brandende fakkel. De bruidegom draagt Romeinse sandalen. Rechts van de bruid een putto met bloemenmand en in de lucht tussen het paar en het huwelijksaltaar een putto met in iedere hand een huwelijkskrans. Rechts op de voorgrond een vrouw met een cornucopia en een man met een lauriertak naast een architectonisch element waarop een vaas met deksel. Deze twee figuren stellen waarschijnlijk voorspoed en vruchtbaarheid voor, die het paar begeleiden. Links op de achtergrond een klassieke tempel en op de voorgrond een putto met luit en een met een blaasinstrument. Aan weerszijden een ovaal medaillon met twee putti op een wolk die bladslingers vasthouden. De cartouche en medaillons zijn omlijst door een gouden bies en verbonden met elkaar door middel van gouden bladslingers. Het geheel is omgeven door veelkleurige blad- en bloemslingers. Op de achterkant van de waaier is een boeket met roze rozen en gele bloemen geschilderd. Montuur: het in reliëf gesneden, gesloten montuur telt 20 benen en twee sluitbenen. De versiering van het montuur is symmetrisch opgebouwd met een centraal ovaal medaillon waarin twee afgewende herders met herdersstaf, half zittend tegen een boom. De herders dragen een heuplang vest met schuin weggesneden schoot, een kuitlange open jas met schuin weggesneden voorpanden, een kniebroek en op het hoofd een driekantige steek. Aan weerszijden een ovaal medaillon met een herderin met dito stad. De herderinnen zijn gekleed in een laag uitgesneden rijglijf met halflange nauwsluitende mouwen met engageantes, enkellange gerimpelde rok en een schort die met de linker- resp. rechterhand opzij gehouden wordt. Tussen de medaillons een vaas op voet met vruchten(?) waarboven een opvliegende vogel. Het geheel is gevuld met blad en bloemslingers en rocailles. Op de buitenbenen een gestapeld ornament met tot de schouder rocailles waarna rocaille, bloem en een staande man waarboven een opvliegende vogel op een roze-rode metalen folie. De man is op dezelfde manier gekleed als de herder, maar heeft geen herdersstaf. Een koperen sluitpin met parelmoeren cirkel. De staken op de achterkant van het waaierblad zijn wit geschilderd en gedeeltelijk overschilderd met het bloemenboeket.

Vouwwaaier met enkel blad van papier, beschilderd met centrale cartouche met huwelijksaltaar en figuren in klassieke kledij in gouache, geflankeerd door twee grisialle medaillons met putti op een montuur van gesneden ivoor voorzien van drie medaillons

Vouwwaaier met enkel blad van papier, beschilderd met centrale cartouche met huwelijksaltaar en figuren in klassieke kledij in gouache, geflankeerd door twee grisialle medaillons met putti op een montuur van gesneden ivoor voorzien van drie medaillons. Blad: in de centrale cartouche leidt Hymen - de god van het huwelijk - een paar gekleed in klassieke kledij naar een huwelijksaltaar waarop de vlam ontstoken is door Hymen met brandende fakkel. De bruidegom draagt Romeinse sandalen. Rechts van de bruid een putto met bloemenmand en in de lucht tussen het paar en het huwelijksaltaar een putto met in iedere hand een huwelijkskrans. Rechts op de voorgrond een vrouw met een cornucopia en een man met een lauriertak naast een architectonisch element waarop een vaas met deksel. Deze twee figuren stellen waarschijnlijk voorspoed en vruchtbaarheid voor, die het paar begeleiden. Links op de achtergrond een klassieke tempel en op de voorgrond een putto met luit en een met een blaasinstrument. Aan weerszijden een ovaal medaillon met twee putti op een wolk die bladslingers vasthouden. De cartouche en medaillons zijn omlijst door een gouden bies en verbonden met elkaar door middel van gouden bladslingers. Het geheel is omgeven door veelkleurige blad- en bloemslingers. Op de achterkant van de waaier is een boeket met roze rozen en gele bloemen geschilderd. Montuur: het in reliëf gesneden, gesloten montuur telt 20 benen en twee sluitbenen. De versiering van het montuur is symmetrisch opgebouwd met een centraal ovaal medaillon waarin twee afgewende herders met herdersstaf, half zittend tegen een boom. De herders dragen een heuplang vest met schuin weggesneden schoot, een kuitlange open jas met schuin weggesneden voorpanden, een kniebroek en op het hoofd een driekantige steek. Aan weerszijden een ovaal medaillon met een herderin met dito stad. De herderinnen zijn gekleed in een laag uitgesneden rijglijf met halflange nauwsluitende mouwen met engageantes, enkellange gerimpelde rok en een schort die met de linker- resp. rechterhand opzij gehouden wordt. Tussen de medaillons een vaas op voet met vruchten(?) waarboven een opvliegende vogel. Het geheel is gevuld met blad en bloemslingers en rocailles. Op de buitenbenen een gestapeld ornament met tot de schouder rocailles waarna rocaille, bloem en een staande man waarboven een opvliegende vogel op een roze-rode metalen folie. De man is op dezelfde manier gekleed als de herder, maar heeft geen herdersstaf. Een koperen sluitpin met parelmoeren cirkel. De staken op de achterkant van het waaierblad zijn wit geschilderd en gedeeltelijk overschilderd met het bloemenboeket.