Jakob zalft de steen waarop hij geslapen heeft

Jakob zalft de steen waarop hij geslapen heeft. In zijn droom zag hij een ladder die tot aan de hemel reikte met engelen. Bovenaan stond God die het land beloofde aan Jakobs nakomelingen, de Israëlieten. Toen Jakob ontwaakte richtte hij de steen op en overgoot hem met olie. Hij noemde de plaats Betel.

Jakob zalft de steen waarop hij geslapen heeft

Jakob zalft de steen waarop hij geslapen heeft. In zijn droom zag hij een ladder die tot aan de hemel reikte met engelen. Bovenaan stond God die het land beloofde aan Jakobs nakomelingen, de Israëlieten. Toen Jakob ontwaakte richtte hij de steen op en overgoot hem met olie. Hij noemde de plaats Betel.