Zoutvat van tin, driedelig, cylindrisch met een uitgerekte klokvorm. De twee onderste delen hebben aan de bovenzijde een holte voor zout of kruiden. Op het middelste deel past een uivormig deksel met daarop een ronde bal die in een piek eindigt en waarin vier gaatjes zitten. Dit deel kon oorspronkelijk waarschijnlijk worden losgeschroefd. De onderkant hiervan bestaat uit een tinnen plaatje. Er zijn sporen van verzilvering zichtbaar.