Cityscape with people at the former Franciscan monastery

Het voormalige Portugese Franciscaner klooster, na de oorlog in gebruik genomen als Gouverneurshuis en als wapenarsenaal. Aan de linkerkant een lange gevel met in het midden een dubbele stenen trap met bordes die voert naar een deur op de eerste verdieping. Op die hoogte zijn ook ramen getekend. Daarbovenuit steekt een driehoekige gevel met een versiering op een zijhoek en een kruis op de top. Daarachter steekt een lager gebouw uit, met op de verdieping een rij ramen met luiken. Alle gebouwen hebben een pannendak. Uiterst links is een helling getekend. Op het eind staat er een rij bomen op. De gevel in het midden wordt gedomineerd door een heel hoge ingang: een poortboog met driehoekig fronton. Daarboven twee ramen met geopende luiken. De driehoekige topgevel heeft een rond gesloten raam. Bovenaan de blinde zijgevel is een overstekende daklijst. Het dak zelf ontbreekt. Rechts sluit een ander gebouw aan, met een laag pannendak. Het heeft een iets hogere gevel maar een veel lagere poort. Erboven en ernaast zijn ramen getekend. Aan het eind van de straat lijken vijf mensen bij een marktkraam te staan; boven op het bordes staan twee Europese mannen en onder aan de trap zien we er nog vijf, gekleed in Europese kleding met hoeden op. Eén van hen zit. Het zijn waarschijnlijk soldaten. Links vooraan loopt een Euraziatische vrouw met kind midden op de straat. Ze gaat gekleed in wikkelrok (redda), Portugese bloes (hatte) en heeft het haar vastgestoken in een wrong (condé). Voor de hoge poort op het plein staat een groepje van vijf mensen, waarvan drie zeer schetsmatig getekend: links een Euraziatische vrouw; midden twee mannen elk met een hoofddeksel, de linker met een jasje boven zijn heupkleed, de man ernaast met een omgelagen doek (chadar) boven zijn lange heupkleed; rechts daarvan twee mannen in alleen een kort heupkleed. Vooraan op het plein staat een Euraziatische vrouw te praten met een Nederlandse man. De vrouwen zijn gekleed in wikkelrok (redda), Portugese bloes (hatte) en met in een wrong (condé) opgestoken haar. De Nederlandse man draagt een hoed, pofbroek, jasje, en een bandelier of portepee met een degen. Rechts voor de lage poort zijn heel schetsmatig vier mannen te zien. Eén van hen lijkt een Portugees type hoed te dragen. Blad 65 uit een schetsboek met 117 bladen.

Cityscape with people at the former Franciscan monastery

Het voormalige Portugese Franciscaner klooster, na de oorlog in gebruik genomen als Gouverneurshuis en als wapenarsenaal. Aan de linkerkant een lange gevel met in het midden een dubbele stenen trap met bordes die voert naar een deur op de eerste verdieping. Op die hoogte zijn ook ramen getekend. Daarbovenuit steekt een driehoekige gevel met een versiering op een zijhoek en een kruis op de top. Daarachter steekt een lager gebouw uit, met op de verdieping een rij ramen met luiken. Alle gebouwen hebben een pannendak. Uiterst links is een helling getekend. Op het eind staat er een rij bomen op. De gevel in het midden wordt gedomineerd door een heel hoge ingang: een poortboog met driehoekig fronton. Daarboven twee ramen met geopende luiken. De driehoekige topgevel heeft een rond gesloten raam. Bovenaan de blinde zijgevel is een overstekende daklijst. Het dak zelf ontbreekt. Rechts sluit een ander gebouw aan, met een laag pannendak. Het heeft een iets hogere gevel maar een veel lagere poort. Erboven en ernaast zijn ramen getekend. Aan het eind van de straat lijken vijf mensen bij een marktkraam te staan; boven op het bordes staan twee Europese mannen en onder aan de trap zien we er nog vijf, gekleed in Europese kleding met hoeden op. Eén van hen zit. Het zijn waarschijnlijk soldaten. Links vooraan loopt een Euraziatische vrouw met kind midden op de straat. Ze gaat gekleed in wikkelrok (redda), Portugese bloes (hatte) en heeft het haar vastgestoken in een wrong (condé). Voor de hoge poort op het plein staat een groepje van vijf mensen, waarvan drie zeer schetsmatig getekend: links een Euraziatische vrouw; midden twee mannen elk met een hoofddeksel, de linker met een jasje boven zijn heupkleed, de man ernaast met een omgelagen doek (chadar) boven zijn lange heupkleed; rechts daarvan twee mannen in alleen een kort heupkleed. Vooraan op het plein staat een Euraziatische vrouw te praten met een Nederlandse man. De vrouwen zijn gekleed in wikkelrok (redda), Portugese bloes (hatte) en met in een wrong (condé) opgestoken haar. De Nederlandse man draagt een hoed, pofbroek, jasje, en een bandelier of portepee met een degen. Rechts voor de lage poort zijn heel schetsmatig vier mannen te zien. Eén van hen lijkt een Portugees type hoed te dragen. Blad 65 uit een schetsboek met 117 bladen.