Werknemers van Ford vertrokken op 24 februari 1981 met bussen vanaf het fabrieksterrein in Amsterdam naar Den Haag voor een demonstratieve tocht van het Malieveld naar het Binnenhof. De werknemers wilden de voorzitter van de Tweede Kamer een petitie aanbieden in verband met het komende kamerdebat over werkgelegenheid. In januari had de directie van Ford een rapport naar buiten gebracht waaruit bleek dat het bedrijf voor 1981 een verlies verwachtte van 60 miljoen. In 1979 werd 14 miljoen en in 1980 68 miljoen verlies geleden. Voor de directie leek sluiting van de Ford fabriek in Amsterdam de enige oplossing. Ongeveer 1650 mensen dreigden hun baan te verliezen. De Ondernemingsraad zou eind maart in een eigen rapport de cijfers van de directie aanvechten en bezwaar maken tegen de voorgenomen sluiting. De directie hield echter voet bij stuk en de fabriek werd in september 1982 gesloten. Het kantoorpersoneel (300 mensen) verhuisde van de Hemweg naar de Amstelkade in Amsterdam. In 1999 werkten nog ongeveer 100 mensen bij Ford Nederland BV.