Maria zit geknield aan haar lessenaar. Ze wordt bezocht door de engel Gabriël. Hij vertelt haar dat ze een zoon zal baren die Christus zal heten. Boven hen de duif als symbool voor de Heilige Geest. De voorstelling is gevat in een rozenkrans. Onderaan ontvangen biddende mannen rozenkransen van engelen. Rondom het kader met de voorstellingen, in zeven kolommen, gebeden uit de Lauretaanse Litanie (Litanie van de heilige Maagd Maria) in het Latijn.