Servet van linnendamast met amortjes. Middenveld: Een tweezijdig symmetrisch patroon vertoont een cirkel met parellijst in het midden. In het hart een rijke rozet, langs de omtrek viermaal twee zittende amortjes, die een festoen ophangen aan een lier (?); voorts een trofee gevormd uit gekruiste boog, pijlen, pijlenkoker en pansfluit. De cirkel is tot een vierkant gevormd door vier palmetten. De rand vertoont rijke acanthusvoluten, die een zittende hond in hun spiraal ovatten, en gescheiden zijn door herm-amortjes met acanthusvoetstuk of een brandende altaar-kandelaar; op de assen twee toegewende amors ter weerszijden van een dito kandelaar. De rechte buitenlijst vormt de grond, waarop de randmotieven staan, de binnenzoom bestaat uit een aanéénschakeling van zeer fijn getekende rozet, palmet, vaas met wijnstok (of Hyrsusstaf) bekroond door een granaatappel. Rondom: blokkenrand.