Buidel van paars fluweel, bestaande uit vier pattes waarop afwisselend het gekroond monogram 'DG' of 'ML' of twee verstrengelde handen onder een brandend hart, geborduurd met veelkleurige zijde, gouddraad, parels, lovers en robijnen. Model: iedere patte eindigt in punt en heeft vijf gaten waar een koord van gevlochten zijde - eindigend in bollen en eikels - doorheen getrokken is. Gevoerd met rode zijde; nu verbleekt naar roze. Versiering: in het midden van iedere patte een schild aan de bovenkant eindigend in een punt en bekroond met een floraal ornament van (oorspronkelijk verguld?) zilveren canetille, zoetwaterparels en een robijn in het midden. Aan de onderkant loopt het schild uit in een punt en vormen dezelfde lijnen twee krullen waarin een viooltje opgebouwd uit (verguld?) zilveren canetille, zoetwaterpareltjes en een robijn in het midden. In twee schilden is onder een kroon met drie punten een monogram van zoetwaterparels en gouddraad geborduurd. De naden tussen de verschillende pattes zijn bedekt met een passement van gevlochten gouddraad. De beurs eindigt middenonder in een getrapt ornament van gevlochten gouddraad (waarschijnlijk om een houten kern) eindigend in vier vlechten met een bolletje. Het trekkoord eindigt in eikeltjes en bolletjes van gevlochten gouddraad.