Vitrinekast bestaande uit een onder- en een bovenkast met opengewerkte panelen in florale motieven

Vitrinekast van mahonie- en coromandelhout bestaande uit een onder- en een bovenkast rustend op vier hoge poten. De onderkast heeft twee laden met daarboven twee deuren voorzien van een roedeverdeling van elk vier vensters. De zijwanden bestaan uit twee panelen van coromandelhout en bevatten gesneden florale motieven met daarboven vensters met een roedeverdeling van elk vier vensters. De bovenkast rust op het bovenblad van de onderkast door middel van vier hoekstijlen die doorlopen in de zijstijlen van de bovenkast en eindigen in een gebeeldhouwde noot. De bovenkast heeft twee deuren voorzien van een roedeverdeling van elk vier vensters. De achterwand tussen de twee achterste hoekstijlen is opgedeeld in vier panelen van coromandelhout van elkaar gescheiden door eikenhouten stijlen en bevatten gesneden ranken en bladmotieven. Op de kast aan de voorzijde is een opstaande regel die opengewerkt is in florale motieven. Op de kast aan de achterzijde bevindt zich een kap die is opgedeeld door middel van vijf stijlen die eindigen in een gebeeldhouwde noot. Tussen deze stijlen bevinden zich opengewerkte panelen van coromandelhout met fruit- en bladmotieven. De kast bevat beslag van messing in de vorm van hengsels, sleutelplaten en scharnieren, deels opengewerkt in harten.

Vitrinekast bestaande uit een onder- en een bovenkast met opengewerkte panelen in florale motieven

Vitrinekast van mahonie- en coromandelhout bestaande uit een onder- en een bovenkast rustend op vier hoge poten. De onderkast heeft twee laden met daarboven twee deuren voorzien van een roedeverdeling van elk vier vensters. De zijwanden bestaan uit twee panelen van coromandelhout en bevatten gesneden florale motieven met daarboven vensters met een roedeverdeling van elk vier vensters. De bovenkast rust op het bovenblad van de onderkast door middel van vier hoekstijlen die doorlopen in de zijstijlen van de bovenkast en eindigen in een gebeeldhouwde noot. De bovenkast heeft twee deuren voorzien van een roedeverdeling van elk vier vensters. De achterwand tussen de twee achterste hoekstijlen is opgedeeld in vier panelen van coromandelhout van elkaar gescheiden door eikenhouten stijlen en bevatten gesneden ranken en bladmotieven. Op de kast aan de voorzijde is een opstaande regel die opengewerkt is in florale motieven. Op de kast aan de achterzijde bevindt zich een kap die is opgedeeld door middel van vijf stijlen die eindigen in een gebeeldhouwde noot. Tussen deze stijlen bevinden zich opengewerkte panelen van coromandelhout met fruit- en bladmotieven. De kast bevat beslag van messing in de vorm van hengsels, sleutelplaten en scharnieren, deels opengewerkt in harten.