Lessenaar vervaardigd van een withoutsoort; los liggend op een tafel. Rechthoekige, aan twee kanten schuinoplopende bak met geprofileerde bodemplaat, afgedekt door eveneens geprofileerd bovenblad dat in drieën gedeeld is met twee schuin naar beneden liggende en opklapbare schrijfbladen. De scharnieren bestaan uit in elkaar grijpende oogjes. Het bovenblad is bekleed met één stuk groen wollen laken, vastgezet met messing spijkertjes, waaronder een groen zijden bandje; dit band verdeeld het vlak in drie vakken, die het middenstuk en de schrijfbladen accentueren. In het middenstuk zijn twee zilveren kaarsenhouders gestoken.