Strook naturelkleurige kloskant, Buckingham-kant. Het zich herhalende patroon vormt een brede baan over de middenlijn van de strook. Het bestaat uit vijf vierkantje moesjes, die in een hoek onder elkaar geplaatst zijn, afgewisseld met een gestileerd insect met een cirkelvormig lijf met daaraan dubbele vleugels, die dezelfde hoek maken als de vierkante moesjes. De moesjes zijn gemaakt in vormslag. Elk cirkelvormig lijfje van de insecten is gemaakt in linnenslag. Om het cirkeltje loopt een dikke en glimmende contourdraad, die in de maasgrond doorloopt en de vleugeltjes vormt. De maasgrond betreft een tulegrond. Boven- en onderzijde van de strook zijn recht afgewerkt.