The Swoon of the Virgin, from a Calvary, from the Soest Altarpiece

De groep bestaat uit de in zwijm vallende Maria, ondersteund door de zich achter haar bevindende Johannes (beiden zonder hoofd) en een vrouw, die met de ene hand haar tranen droogt met een doek, terwijl zij de andere hand voor de borst houdt. Tussen hen in de rugfiguur van Maria-Magdalena, van wie nog enige haarstrengen aanwezig zijn. Maria in een gegord gewaad heeft een halsdoek en een mantel, die over de knieën naar links is toegeslagen; Johannes een toog en een voor de borst gesloten mantel, waarvan een deel over de linkerschouder is teruggeslagen, zodat op de zijde het gebedssnoer en een schede of foedraal zichtbaar zijn. De wenenden vrouw draagt een lang gewaad, een kindoek en een van het hoofd afhangende mantel. Rechts op de voorgrond een doodshoofd, op de berg achter Johannes resten van een verloren gegane ruïne.

The Swoon of the Virgin, from a Calvary, from the Soest Altarpiece

De groep bestaat uit de in zwijm vallende Maria, ondersteund door de zich achter haar bevindende Johannes (beiden zonder hoofd) en een vrouw, die met de ene hand haar tranen droogt met een doek, terwijl zij de andere hand voor de borst houdt. Tussen hen in de rugfiguur van Maria-Magdalena, van wie nog enige haarstrengen aanwezig zijn. Maria in een gegord gewaad heeft een halsdoek en een mantel, die over de knieën naar links is toegeslagen; Johannes een toog en een voor de borst gesloten mantel, waarvan een deel over de linkerschouder is teruggeslagen, zodat op de zijde het gebedssnoer en een schede of foedraal zichtbaar zijn. De wenenden vrouw draagt een lang gewaad, een kindoek en een van het hoofd afhangende mantel. Rechts op de voorgrond een doodshoofd, op de berg achter Johannes resten van een verloren gegane ruïne.