Model van een toestel voor het teren van kabelgarens op grondplank. De werking van het model blijft onduidelijk. Aan een kant wordt een teer-reservoir gesuggereerd met twee gaten waardoor een touw kan lopen. Op de ander helft is een raamwerk met raderwerk opgericht: het ziet eruit als een pers, maar dit blijft onzeker. Twee zware wielen draaien op elkaar: het platte oppervlak van de bovenste draait in de gleuf van de onderste. Een stel wangen dat de omtrek van het onderste wiel volgt ligt hier boven op en geleidt het bovenste wiel. De beweging van beide wielen wordt gesynchroniseerd door een stel dubbele tandwielen naast de wielen. Het bovenste wiel met tandwielen is in een frame gemonteerd dat met behulp van een hefboom met gewicht aan een kant op en neer bewogen kan worden, waarschijnlijk om de druk te regelen. Het onderste wiel wordt aangedreven door een zwengel, die ontbreekt, en heeft aan de zijkant van het frame een tandwiel dat, waarschijnlijk met een pal die nu ontbreekt, teruglopen verhinderde.