Death of the Virgin

In een houten ledikant, omringd door de twaalf apostelen, ligt Maria geheel gekleed met hoofd- en kindoek op een groot kussen onder een deken. Zij wordt uitgebeeld op het moment van haar sterven, zoals haar gelaat met gesloten ogen en open mond weergeeft. Links, aan het hoofdeinde schijnt een apostel haar kussen met de hand te steunen, naast hem leunt Johannes met zijn elleboog op de bedrand en laat zijn behuilde gezicht tegen zijn hand rusten. In het midden staat Petrus, als priester gekleed met stool en manipel, met de linkerhand een geopend boek tegen zich aanhoudend. Hij maakt met de rechter een zegenend gebaar, terwijl hij de gebeden der stervenden uitspreekt. Hij wordt bijgestaan door een apostel, die de kaars in Maria's handen rechtop houdt. Links van Petrus twee apostelen, blijkbaar in een levendig gesprek gewikkeld, waarbij een van hen de hoed achter op het hoofd laat hangen. Rechts twee apostelen van wie één de mantel over het hoofd heeft geslagen en de ander een kap met oorkleppen draagt. Meer naar rechts een apostel met opgeheven hand, die juist schijnt te zijn aangekomen en over de rug van de voor hem staande heen kijkt. Aan het voeteneinde een in gedachten verzonken apostel met in de rechterhand een opengeslagen boek en de linker op het bed; een ander, die een kaproen draagt, zwaait een wierookvat. Op de verhoging, waarop het ledikant is geplaatst, zit een apostel met zijn mantel over het hoofd te lezen in een boek, de vingers van de rechterhand tussen de bladeren.

Death of the Virgin

In een houten ledikant, omringd door de twaalf apostelen, ligt Maria geheel gekleed met hoofd- en kindoek op een groot kussen onder een deken. Zij wordt uitgebeeld op het moment van haar sterven, zoals haar gelaat met gesloten ogen en open mond weergeeft. Links, aan het hoofdeinde schijnt een apostel haar kussen met de hand te steunen, naast hem leunt Johannes met zijn elleboog op de bedrand en laat zijn behuilde gezicht tegen zijn hand rusten. In het midden staat Petrus, als priester gekleed met stool en manipel, met de linkerhand een geopend boek tegen zich aanhoudend. Hij maakt met de rechter een zegenend gebaar, terwijl hij de gebeden der stervenden uitspreekt. Hij wordt bijgestaan door een apostel, die de kaars in Maria's handen rechtop houdt. Links van Petrus twee apostelen, blijkbaar in een levendig gesprek gewikkeld, waarbij een van hen de hoed achter op het hoofd laat hangen. Rechts twee apostelen van wie één de mantel over het hoofd heeft geslagen en de ander een kap met oorkleppen draagt. Meer naar rechts een apostel met opgeheven hand, die juist schijnt te zijn aangekomen en over de rug van de voor hem staande heen kijkt. Aan het voeteneinde een in gedachten verzonken apostel met in de rechterhand een opengeslagen boek en de linker op het bed; een ander, die een kaproen draagt, zwaait een wierookvat. Op de verhoging, waarop het ledikant is geplaatst, zit een apostel met zijn mantel over het hoofd te lezen in een boek, de vingers van de rechterhand tussen de bladeren.