Lap van naturelkleurig linnendamast met aan één korte zijde open naaiwerk - werk met samengetrokken draden en werk met uitgetrokken draden - en een schulpenrand van kloskant: Oosteuropese kant. Aan het damast, met een patroon van kleine ruitjes, is een brede strook van werk met samengetrokken draden en werk met uitgetrokken draden genaaid. De vier geometrische motieven die hierbij zijn ontstaan zijn deels met rood en goud gekleurde draden voorzien van borduurwerk. Aan deze strook is een smallere linnen strook genaaid met werk met uitgetrokken draden langs de lange randen. Vervolgens is hieraan weer de schulprand van kloskant genaaid. De lap is mogelijk een deel van een handdoek.