Allegorische vrouwfiguur en Minerva in een landschap

Landschap met een vrouwfiguur, in haar handen een metronoom en een olijftak, haar voet op een konijn. Voor haar de attributen van Vader Tijd. Ze is vergezeld door Minerva en twee putti, met een lier en caduceus in de handen. Op de voorgrond een rivier met een man in het water. Hij steekt zijn tong uit naar een harpij op de oever. Op de achtergrond figuren die gemarteld worden in de hel. Midden onder genummerd: III.

Allegorische vrouwfiguur en Minerva in een landschap

Landschap met een vrouwfiguur, in haar handen een metronoom en een olijftak, haar voet op een konijn. Voor haar de attributen van Vader Tijd. Ze is vergezeld door Minerva en twee putti, met een lier en caduceus in de handen. Op de voorgrond een rivier met een man in het water. Hij steekt zijn tong uit naar een harpij op de oever. Op de achtergrond figuren die gemarteld worden in de hel. Midden onder genummerd: III.