Sluitgewicht van 16 pond

Het voorwerp bestaat uit negentien delen: twaalf gewichten, de bak en het deksel (die samen het huis vormen), een scharnier, een sluitbeugel, twee hengselaanzetten, het hengsel. Op de bak, het deksel en de gewichten is het centerpunt te zien. De wand van de bak is verdeeld in zes vlakken, waarvan het eerste (d.w.z. het onderste) en het vierde iets inspringen, het tweede en het derde alsmede het vijfde en het zesde door een holronde rand zijn gescheiden. De vlakken hebben een fries van herhaald ingeslagen motieven. Op het eerste vlak is het motief een zeemeermin. Op het tweede een jachthond, een zwijn en een boom. Op het derde een jager, een jachthond, een hert en een boom. Op het vierde een bloemkelk tussen twee bladeren. Op het vijfde een jager, een jachthond, een hert en een boom. Op het zesde een eend en een boom. Ht verticale vlak van het deksel is versierd met herhaald ingeslagen motieven bestaande uit een uit cirkeltjes opgebouwde boog en uit een sterretje. De iets uitstekende rand is geponst bewerkt. Het horizontale vlak van het deksel is door drie uit groeven opgebouwde ringen verdeeld in drie vlakken. Het scharnier, de sluitbeugel en de hengselaanzetten zijn geklonken. Het scharnier loopt aan de wand op het einde uit in drie haaks geplaatste dierenkoppen, en gaat op het deksel over in twee draken, waarvan de staarteinden naar het scharnier toe puntig oplopen, zodanig dat de hengselknop er tussen valt. De sluitbeugel heeft op het deksel de vorm van een vierpotige draak met omgekrulde vissenstaart, terwijl het in het overkragende deel geklonken stuk de vorm heeft van een tweepotige gevleugelde draak. De hengselaanzetten hebben de vorm van een borstbeeld van een man met een muts en van een man in harnas met een helm. Het hengsel is uitgevoerd in de vorm van twee draken met een gefaceteerde versiering in het midden, waarop de achtkantige geprofileerde knop aansluit. Op het deksel zijn aan weerszijden van het sluitscharnier de volgende tekens ingeslagen: rechts: een teken, bestaande uit een huismerk (een D) met drie kronen, die daarboven zijn afgelsagen (een keer), een vijfpuntige ster (twee keer), een kelk (drie keer); links: een sleutel (twee keer), het huismerk D met de drie kronen (drie keer), het getal 16. verder is tussen het bevestigingsscharnier het jaartal 1571 ingeslagen. In de bodem van de bak zijn de volgende tekens ingeslagen: een sleutel (vier keer), de ster (vier keer). Op het eerste gewicht op de bodem de ster (vier keer), de sleutel (vier keer) en het getal 4; op de rand de ster (vier keer), de sleutel (vier keer); aan de onderkant van de bodem het merk D met de drie kronen (drie keer). De tekens zijn op overeenkomstige wijze in het tweede gewicht ingeslagen, terwijl in de bodem het getal 2 is aangebracht; op het derde gewicht zijn in de bodem de sleutel en de ster twee keer ingeslagen, het merk D met de drie kronen een keer, verder het getal 1 (= 1 pond); op de rand zijn sleutel en ster vier keer ingeslagen, in de onderkant van de bodem de drie krongen (drie keer); op het vierde geweicht in de bodem de ster (twee keer), de sleutel (twee keer), de drie kronen en het getal 16; op de rand de sleutel en de ster (beide drie keer); op het vijfde geweicht in de bodem de ster (twee keer), de sleutel (twee keer), de drie kronen en het getal 8; op de rand de ster en de sleutel (beide drie keer); aan de onderkant van de bodem de drie kronen; op het zesde gwicht de ster, de sleutel, de drie kronen en het getal 4; op het zevende gewicht dezelfde tekens en het getal 2; op het achtste gewicht dezelfde tekens en het getal 1 (= 1 lood); op het negende en tiende gewicht dezelfde tekens; op het elfde gewicht en de afsluiter de ster.

Sluitgewicht van 16 pond

Het voorwerp bestaat uit negentien delen: twaalf gewichten, de bak en het deksel (die samen het huis vormen), een scharnier, een sluitbeugel, twee hengselaanzetten, het hengsel. Op de bak, het deksel en de gewichten is het centerpunt te zien. De wand van de bak is verdeeld in zes vlakken, waarvan het eerste (d.w.z. het onderste) en het vierde iets inspringen, het tweede en het derde alsmede het vijfde en het zesde door een holronde rand zijn gescheiden. De vlakken hebben een fries van herhaald ingeslagen motieven. Op het eerste vlak is het motief een zeemeermin. Op het tweede een jachthond, een zwijn en een boom. Op het derde een jager, een jachthond, een hert en een boom. Op het vierde een bloemkelk tussen twee bladeren. Op het vijfde een jager, een jachthond, een hert en een boom. Op het zesde een eend en een boom. Ht verticale vlak van het deksel is versierd met herhaald ingeslagen motieven bestaande uit een uit cirkeltjes opgebouwde boog en uit een sterretje. De iets uitstekende rand is geponst bewerkt. Het horizontale vlak van het deksel is door drie uit groeven opgebouwde ringen verdeeld in drie vlakken. Het scharnier, de sluitbeugel en de hengselaanzetten zijn geklonken. Het scharnier loopt aan de wand op het einde uit in drie haaks geplaatste dierenkoppen, en gaat op het deksel over in twee draken, waarvan de staarteinden naar het scharnier toe puntig oplopen, zodanig dat de hengselknop er tussen valt. De sluitbeugel heeft op het deksel de vorm van een vierpotige draak met omgekrulde vissenstaart, terwijl het in het overkragende deel geklonken stuk de vorm heeft van een tweepotige gevleugelde draak. De hengselaanzetten hebben de vorm van een borstbeeld van een man met een muts en van een man in harnas met een helm. Het hengsel is uitgevoerd in de vorm van twee draken met een gefaceteerde versiering in het midden, waarop de achtkantige geprofileerde knop aansluit. Op het deksel zijn aan weerszijden van het sluitscharnier de volgende tekens ingeslagen: rechts: een teken, bestaande uit een huismerk (een D) met drie kronen, die daarboven zijn afgelsagen (een keer), een vijfpuntige ster (twee keer), een kelk (drie keer); links: een sleutel (twee keer), het huismerk D met de drie kronen (drie keer), het getal 16. verder is tussen het bevestigingsscharnier het jaartal 1571 ingeslagen. In de bodem van de bak zijn de volgende tekens ingeslagen: een sleutel (vier keer), de ster (vier keer). Op het eerste gewicht op de bodem de ster (vier keer), de sleutel (vier keer) en het getal 4; op de rand de ster (vier keer), de sleutel (vier keer); aan de onderkant van de bodem het merk D met de drie kronen (drie keer). De tekens zijn op overeenkomstige wijze in het tweede gewicht ingeslagen, terwijl in de bodem het getal 2 is aangebracht; op het derde gewicht zijn in de bodem de sleutel en de ster twee keer ingeslagen, het merk D met de drie kronen een keer, verder het getal 1 (= 1 pond); op de rand zijn sleutel en ster vier keer ingeslagen, in de onderkant van de bodem de drie krongen (drie keer); op het vierde geweicht in de bodem de ster (twee keer), de sleutel (twee keer), de drie kronen en het getal 16; op de rand de sleutel en de ster (beide drie keer); op het vijfde geweicht in de bodem de ster (twee keer), de sleutel (twee keer), de drie kronen en het getal 8; op de rand de ster en de sleutel (beide drie keer); aan de onderkant van de bodem de drie kronen; op het zesde gwicht de ster, de sleutel, de drie kronen en het getal 4; op het zevende gewicht dezelfde tekens en het getal 2; op het achtste gewicht dezelfde tekens en het getal 1 (= 1 lood); op het negende en tiende gewicht dezelfde tekens; op het elfde gewicht en de afsluiter de ster.