Openbaring van Johannes

Op de voorgrond een vrouw, bekleed met de zon en met een kroon van twaalf sterren. Zij staat op een halve maan. Naast haar een grote draak, met zeven gekroonde koppen. Met zijn staart sleept de draak de sterren aan de hemel mee. In de lucht het pasgeboren kind van de vrouw die de draak wilde verslinden Het kind vliegt naar God in de hemel. Naast God de engel Michaël (Op. 12:1-6).

Openbaring van Johannes

Op de voorgrond een vrouw, bekleed met de zon en met een kroon van twaalf sterren. Zij staat op een halve maan. Naast haar een grote draak, met zeven gekroonde koppen. Met zijn staart sleept de draak de sterren aan de hemel mee. In de lucht het pasgeboren kind van de vrouw die de draak wilde verslinden Het kind vliegt naar God in de hemel. Naast God de engel Michaël (Op. 12:1-6).