Allegory of Transience

Een putto zit op de grond en leunt tegen een schedel, terwijl hij in zijn rechterhand een pijpje houdt waarmee hij bellen heeft geblazen. In zijn linkerhand houdt hij een schelp, Achter hem wierrookvat waaruit rook opstijgt. Midden op de steen genummerd: 39. Onder de voorstelling een vierregelige tekst in het Latijn.

Allegory of Transience

Een putto zit op de grond en leunt tegen een schedel, terwijl hij in zijn rechterhand een pijpje houdt waarmee hij bellen heeft geblazen. In zijn linkerhand houdt hij een schelp, Achter hem wierrookvat waaruit rook opstijgt. Midden op de steen genummerd: 39. Onder de voorstelling een vierregelige tekst in het Latijn.