Halsketting van zilver, bloedkoraal en barnsteen

Halssieraad van zilver, bloedkoraal en barnsteen (amber). Het amber en de andere stenen en mineralen die in dit sieraad zijn verwerkt, hebben behalve een decoratieve functie, ook een symbolische functie. Ze staan symbool voor kracht en geluk. Daarnaast dienden dergelijke sieraden een economisch belang. In families van landbouwers en nomaden die vaak in moeilijke omstandigheden leven, werd het bezit van sieraden gezien als een manier om te sparen. In goede tijden, wanneer de oogst bijvoorbeeld goed was, werden sieraden gekocht die in slechte tijden kunnen worden verkocht of geruild om in het levensonderhoud te kunnen voorzien en/of schulden af te lossen. Deze manier van omgang met sieraden (sparen, kopen, verkopen en ruilen), was vroeger algemeen gangbaar. Tegenwoordig komt dit nog maar weinig voor omdat de traditionele sieraden in grote mate vervangen worden door goud en import van fantasiejuwelen uit Italië, Frankrijk of het Verre Oosten. Daarnaast heeft de nomadische levenswijze plaats gemaakt voor een sedentair bestaan en heeft men ook vaak andere bronnen van inkomsten. Maar ondanks de economische en socioculturele veranderingen worden de traditionele sieraden nog steeds bij speciale gelegenheden gedragen en worden zij nog steeds als een kostbaar en waardevol bezit gezien (Grammet 1998: 216).<BR> <BR> Dit sieraad komt uit Ifrane in de Anti Atlas. De samenstelling, voornamelijk koraal, amber en zilveren bollen, en de vormgeving (trossen van koraal) verwijzen naar het westelijk deel van de Anti Atlas. De structuur van de bollen en de intense kleuren van de email (geel, groen en vooral het speciale blauw) wijzen erop dat deze elementen gemaakt zijn door joodse zilversmeden uit de regio Irhil-'n-Oro / Imi-'n-Tatelt. De blauwe kleur is te onderscheiden van het blauw van de juwelen van Tahala (zachter). Ifrane was een belangrijk handelscentrum en karavaanknooppunt met een voornamelijk joodse bevolking. Rondreizende joodse juweliers uit plaatsen in de omgeving als Tahala, Irhil-'n-Oro en Imi-'n-Tatelt reisden geregeld naar Ifrane om daar hun handelswaar aan te bieden. Waarschijnlijk is dit halssnoer tot stand gekomen doordat het materiaal aangeboden door een rondreizende juwelier aangekocht werd om gebruikt te worden in de samenstelling van een halssnoer. Normaal stelden de juweliers de halssnoeren niet zelf samen. De vrouwen kozen zelf de materialen volgens het gebruik in hun etnische groep en lieten de juwelier vervolgens het halssnoer maken.<BR> <BR> Een belangrijk detail: typisch voor de halssnoeren van de regio Ida ou Semlal waartoe Ifrane kan gerekend worden zijn de kleine bruin-witte schelpjes afkomstig van de zuidelijke kusten van de Atlantische Oceaan, die alleen in de zuidelijke regio's in de samenstelling van de halssnoeren werden gebruikt en ook in dit halssieraad zijn verwerkt.<BR> De wijze van samenstelling, de gebruikte materialen, de toestand van het touw, het patina van het zilver en de sporen van de frictie van de zilveren bollen op de amber laten toe dit halssnoer in het begin van de twintigste eeuw te dateren (info Ivo Grammet 2010).<BR> <BR> <BR> Vervaardiging<BR> Het halssnoer is samengesteld uit kralen van amber, koraal, gekleurde glasparels en met email ingelegde zilveren bollen. Alles is aan een katoenen touw geregen. De zilveren bollen en cirkelvormige hangers van dit halssnoer zijn versierd met email volgens de cloisonné techniek: op een voorgesneden en in vorm gebracht oppervlak worden de zilverdraden die het email oppervlak aflijnen met speeksel aangebracht en voorzichtig aangehecht met een fixatief soldeersel. Deze segmenten worden dan opgevuld met het emailpoeder. Het geheel wordt nu op smelttemperatuur gebracht waarbij het emailpoeder en het zilver zich aan elkaar en het oppervlak hechten. Dit email is vaak van gemalen glasparels vervaardigd. De gele en rode amberstukken zijn geperforeerd.<BR> <BR> De meeste zilversmeden en edelsmeden (askkak of asiyyakh in het Tachelhiyt berber) in het zuiden van Marokko zijn mannen en oefenen hun ambacht uit van vader op zoon. Tot de jaren zestig was het ambacht het domein van joodse smeden. Na hun vertrek uit Marokko naar Israël, namen moslims het ambacht over. Het bewerken van sieraden gebeurt vrijwel altijd thuis, in een aparte werkplaats.

Halsketting van zilver, bloedkoraal en barnsteen

Halssieraad van zilver, bloedkoraal en barnsteen (amber). Het amber en de andere stenen en mineralen die in dit sieraad zijn verwerkt, hebben behalve een decoratieve functie, ook een symbolische functie. Ze staan symbool voor kracht en geluk. Daarnaast dienden dergelijke sieraden een economisch belang. In families van landbouwers en nomaden die vaak in moeilijke omstandigheden leven, werd het bezit van sieraden gezien als een manier om te sparen. In goede tijden, wanneer de oogst bijvoorbeeld goed was, werden sieraden gekocht die in slechte tijden kunnen worden verkocht of geruild om in het levensonderhoud te kunnen voorzien en/of schulden af te lossen. Deze manier van omgang met sieraden (sparen, kopen, verkopen en ruilen), was vroeger algemeen gangbaar. Tegenwoordig komt dit nog maar weinig voor omdat de traditionele sieraden in grote mate vervangen worden door goud en import van fantasiejuwelen uit Italië, Frankrijk of het Verre Oosten. Daarnaast heeft de nomadische levenswijze plaats gemaakt voor een sedentair bestaan en heeft men ook vaak andere bronnen van inkomsten. Maar ondanks de economische en socioculturele veranderingen worden de traditionele sieraden nog steeds bij speciale gelegenheden gedragen en worden zij nog steeds als een kostbaar en waardevol bezit gezien (Grammet 1998: 216).<BR> <BR> Dit sieraad komt uit Ifrane in de Anti Atlas. De samenstelling, voornamelijk koraal, amber en zilveren bollen, en de vormgeving (trossen van koraal) verwijzen naar het westelijk deel van de Anti Atlas. De structuur van de bollen en de intense kleuren van de email (geel, groen en vooral het speciale blauw) wijzen erop dat deze elementen gemaakt zijn door joodse zilversmeden uit de regio Irhil-'n-Oro / Imi-'n-Tatelt. De blauwe kleur is te onderscheiden van het blauw van de juwelen van Tahala (zachter). Ifrane was een belangrijk handelscentrum en karavaanknooppunt met een voornamelijk joodse bevolking. Rondreizende joodse juweliers uit plaatsen in de omgeving als Tahala, Irhil-'n-Oro en Imi-'n-Tatelt reisden geregeld naar Ifrane om daar hun handelswaar aan te bieden. Waarschijnlijk is dit halssnoer tot stand gekomen doordat het materiaal aangeboden door een rondreizende juwelier aangekocht werd om gebruikt te worden in de samenstelling van een halssnoer. Normaal stelden de juweliers de halssnoeren niet zelf samen. De vrouwen kozen zelf de materialen volgens het gebruik in hun etnische groep en lieten de juwelier vervolgens het halssnoer maken.<BR> <BR> Een belangrijk detail: typisch voor de halssnoeren van de regio Ida ou Semlal waartoe Ifrane kan gerekend worden zijn de kleine bruin-witte schelpjes afkomstig van de zuidelijke kusten van de Atlantische Oceaan, die alleen in de zuidelijke regio's in de samenstelling van de halssnoeren werden gebruikt en ook in dit halssieraad zijn verwerkt.<BR> De wijze van samenstelling, de gebruikte materialen, de toestand van het touw, het patina van het zilver en de sporen van de frictie van de zilveren bollen op de amber laten toe dit halssnoer in het begin van de twintigste eeuw te dateren (info Ivo Grammet 2010).<BR> <BR> <BR> Vervaardiging<BR> Het halssnoer is samengesteld uit kralen van amber, koraal, gekleurde glasparels en met email ingelegde zilveren bollen. Alles is aan een katoenen touw geregen. De zilveren bollen en cirkelvormige hangers van dit halssnoer zijn versierd met email volgens de cloisonné techniek: op een voorgesneden en in vorm gebracht oppervlak worden de zilverdraden die het email oppervlak aflijnen met speeksel aangebracht en voorzichtig aangehecht met een fixatief soldeersel. Deze segmenten worden dan opgevuld met het emailpoeder. Het geheel wordt nu op smelttemperatuur gebracht waarbij het emailpoeder en het zilver zich aan elkaar en het oppervlak hechten. Dit email is vaak van gemalen glasparels vervaardigd. De gele en rode amberstukken zijn geperforeerd.<BR> <BR> De meeste zilversmeden en edelsmeden (askkak of asiyyakh in het Tachelhiyt berber) in het zuiden van Marokko zijn mannen en oefenen hun ambacht uit van vader op zoon. Tot de jaren zestig was het ambacht het domein van joodse smeden. Na hun vertrek uit Marokko naar Israël, namen moslims het ambacht over. Het bewerken van sieraden gebeurt vrijwel altijd thuis, in een aparte werkplaats.