Het bronzen mes is in één stuk gegoten, bijgeslepen en het lemmet heeft geciseleerde versieringen.<BR> De grote beeldhouwtraditie van Abeokuta is in het midden van de eeuw gevestigd vanuit Egbado door twee rivaliserende families, de Eshubiyi in de wijk Ibara en de Adugbologe in het stadsdeel Itoko. Kenmerkend voor de Eshubiyi-school zijn volgens W. Fagg (in Fagg en Pemberton, 1982: 37) de verfijnde uitbeelding van kapsel en kleding. Ook vindt men vaak verwijzingen naar Eshu, die een altaar heeft op het Eshubiyi-woonerf. Alleen al daarom maken de Adugbologe-snijders geen beelden voor Eshu. De figuur van een krijgsman of jager die het gevest van dit zwaard vormt, verwijst naar een gebruik in de cultus van Ogun. Het ontbreken van een scherp ijzeren lemmet maakt het voorwerp ongeschikt om ermee te snijden of te hakken en geeft aan dat het alleen voor ceremonieel gebruik bedoeld was. Adepegba (1991: 38) merkt op dat deze zwaarden in heiligdommen worden neegelegd als wapen waarmee de godheid zijn aanhangers kan verdedigen. De stijl waarin de figuur is uitgevoerd met uitpuilende ogen en getuite lippen wijzen op een herkomst uit Abeokuta.