Hoofddoek

Ketting en inslag: rode fabriekskatoen (hilaza), fabriekswol. Supplementaire inslag: fabriekswol (paars, bougainvillea, groen, wijnrood, blauw, roze, zwart).<BR> Basisweefsel: katoenen linnenbinding met drie inslagdraden ; vier zelfkanten. De doek is versierd met drie maal drie blokken die opgebouwd zijn uit ingeweven motieven. Twee patronen alterneren: 1. vier geometrische motieven met een gestileerde dubbelkoppige adelaar in het centrum. 2. vier precolumbiaanse "xicalcoliuhqui" motieven met een dubbelkoppige adelaar in het centrum. Het middelste blok is een variant op het eerste patroon met een ruitmotief in het midden. De hoofddoek wordt door mannen gedragen. Zeldzaam, bijzonder fraai specimen waarin oude motieven zijn toegepast.

Hoofddoek

Ketting en inslag: rode fabriekskatoen (hilaza), fabriekswol. Supplementaire inslag: fabriekswol (paars, bougainvillea, groen, wijnrood, blauw, roze, zwart).<BR> Basisweefsel: katoenen linnenbinding met drie inslagdraden ; vier zelfkanten. De doek is versierd met drie maal drie blokken die opgebouwd zijn uit ingeweven motieven. Twee patronen alterneren: 1. vier geometrische motieven met een gestileerde dubbelkoppige adelaar in het centrum. 2. vier precolumbiaanse "xicalcoliuhqui" motieven met een dubbelkoppige adelaar in het centrum. Het middelste blok is een variant op het eerste patroon met een ruitmotief in het midden. De hoofddoek wordt door mannen gedragen. Zeldzaam, bijzonder fraai specimen waarin oude motieven zijn toegepast.