Roerspatel voor sagopap

De spatel is afkomstig van de Bosman, Beneden-Ramugebied (Papua New Guinea).<BR> Deze lancetvormige, bruin- tot zwartkleurige spatel is uit één stuk hout gesneden. <BR> De spatel bestaat, qua vormgeving, uit drie gedeelten:<BR> (a) een onversierd spatelgedeelte;<BR> (b) een breder en dikker gedeelte dat met curvilineaire motieven in relief is uitgesneden (het lijkt alsof de spatel in een soort schacht is gevat);<BR> (c) de greep.<BR> De greep heeft in het midden een groot rond gat.<BR> Dit gat wordt aan weerszijden geflankeerd door een puntig toelopend, naar beneden gericht uitsteeksel.<BR> Het bovenste gedeelte van de greep is knopvormig en heeft een drietal richels.<BR> <BR> De sagopalm levert de Bosman behalve hout voor de woningbouw en materiaal voor kwasten en snoeren ook sagomeel, het belangrijkste voedsel.<BR> Het sagomeel wordt gewonnen uit het merg van de palm.<BR> Nadat de boom is geveld en de bast er van afgehaald is, wordt met de sagoklopper het vezelige merg losgeklopt.<BR> Dit is een werk voor de mannen.<BR> De vrouwen spoelen, persen en zeven de vezelachtige substantie in een spoel- en zeefbekken van plantaardig materiaal, gewoonlijk het onderste deel van de bladnerf van de sagopalm.<BR> De onbruikbare pulp blijft voor de zeef achter en wordt weggegooid.<BR> Via de zeef wordt het mengsel van sago en water opgevangen in een trog waar de sago bezinkt.<BR> Het water wordt dan afgegoten en de sago blijft als een soort stijve brei over.<BR> Deze wordt in stukken verdeeld en in tassen of palmbladeren naar het dorp vervoerd.<BR> Hiervan kan dan sagopap gemaakt worden.<BR> Deze wordt bereid in een aardewerk pot.<BR> Met spatels zoals deze wordt in de sagopap geroerd. <BR> Ook worden wel boven een houtvuur sagokoeken geroosterd.<BR> Er is ongeveer een week hard werk nodig om de sago uit één sagopalm los te maken en te bewerken. Het uit de palm gewonnen sagomeel is voldoende om een gezin van acht mensen gedurende vijf tot zes weken te voeden. (Van den Berg 1992, p. 16a).<BR> Zie ook RMV 5907-3. <BR> HI en DS, 2000.

Roerspatel voor sagopap

De spatel is afkomstig van de Bosman, Beneden-Ramugebied (Papua New Guinea).<BR> Deze lancetvormige, bruin- tot zwartkleurige spatel is uit één stuk hout gesneden. <BR> De spatel bestaat, qua vormgeving, uit drie gedeelten:<BR> (a) een onversierd spatelgedeelte;<BR> (b) een breder en dikker gedeelte dat met curvilineaire motieven in relief is uitgesneden (het lijkt alsof de spatel in een soort schacht is gevat);<BR> (c) de greep.<BR> De greep heeft in het midden een groot rond gat.<BR> Dit gat wordt aan weerszijden geflankeerd door een puntig toelopend, naar beneden gericht uitsteeksel.<BR> Het bovenste gedeelte van de greep is knopvormig en heeft een drietal richels.<BR> <BR> De sagopalm levert de Bosman behalve hout voor de woningbouw en materiaal voor kwasten en snoeren ook sagomeel, het belangrijkste voedsel.<BR> Het sagomeel wordt gewonnen uit het merg van de palm.<BR> Nadat de boom is geveld en de bast er van afgehaald is, wordt met de sagoklopper het vezelige merg losgeklopt.<BR> Dit is een werk voor de mannen.<BR> De vrouwen spoelen, persen en zeven de vezelachtige substantie in een spoel- en zeefbekken van plantaardig materiaal, gewoonlijk het onderste deel van de bladnerf van de sagopalm.<BR> De onbruikbare pulp blijft voor de zeef achter en wordt weggegooid.<BR> Via de zeef wordt het mengsel van sago en water opgevangen in een trog waar de sago bezinkt.<BR> Het water wordt dan afgegoten en de sago blijft als een soort stijve brei over.<BR> Deze wordt in stukken verdeeld en in tassen of palmbladeren naar het dorp vervoerd.<BR> Hiervan kan dan sagopap gemaakt worden.<BR> Deze wordt bereid in een aardewerk pot.<BR> Met spatels zoals deze wordt in de sagopap geroerd. <BR> Ook worden wel boven een houtvuur sagokoeken geroosterd.<BR> Er is ongeveer een week hard werk nodig om de sago uit één sagopalm los te maken en te bewerken. Het uit de palm gewonnen sagomeel is voldoende om een gezin van acht mensen gedurende vijf tot zes weken te voeden. (Van den Berg 1992, p. 16a).<BR> Zie ook RMV 5907-3. <BR> HI en DS, 2000.