Ganjifa spel

Het ganjifa spel is vermoedelijk door mogol Akbar (regeerperiode: 1556 - 1605) in India geïntroduceerd. Al snel werd het gespeeld in alle lagen van de bevolking, al dan niet voor geld. <BR> Andere populaire spelen waren dobbelen (pachisi) en schaken. Het spel werd zo populair dat er een speciale beroepsgroep, ganjifa-makers, ontstond, chitrakars. Leerlingen stijfden, sneden en lakten de schijven, de meer ervaren makers brachten door middel van sjablonen de figuren aan. De meest begaafde chitrakar schilderde de details. Het spel is inmiddels uit de mode geraakt. De kaartspellen zijn vanwege hun mooie beschilderingen gewilde verzamelobjecten. <BR> <BR> Er bestaan verschillende varianten van het spel. De mogol ganjifa (96 schijven) bestond uit acht kleuren (zoals schoppen, klaver) met elk twaalf schijven. De hiërarchie van elke kleur is gebaseerd op lagen van het hofleven. Bovenaan staat de heerser, gevolgd door de eerste minister, onderaan een danseres of eenvoudig dier. Vaak wordt de waarde van de schijf ook met een aantal stippen aangegeven. <BR> Na verloop van tijd ontstond onder hindoes de dasavatara variant (120 schijven of kaarten). Dit spel bestaat uit tien kleuren, ingedeeld naar de incarnaties van Vishnu. Andere reeksen hadden scène’s uit het leven van bijvoorbeeld Krishna of Vishnu als onderwerp. <BR> <BR> De meeste schijven zijn gesneden uit een gestijfd (met een lijn vermengd met tamarinde zaad) en gelakt textiel. Er bestaan ook ganjifa spellen die zijn vervaardigd van luxere materialen, zoals ivoor, schildpadhuid, parelmoer, goud, zilver en leer. Deze spellen zijn dan eveneens prachtig beschilderd of voorzien van afbeeldingen door middel van inlegwerk.

Ganjifa spel

Het ganjifa spel is vermoedelijk door mogol Akbar (regeerperiode: 1556 - 1605) in India geïntroduceerd. Al snel werd het gespeeld in alle lagen van de bevolking, al dan niet voor geld. <BR> Andere populaire spelen waren dobbelen (pachisi) en schaken. Het spel werd zo populair dat er een speciale beroepsgroep, ganjifa-makers, ontstond, chitrakars. Leerlingen stijfden, sneden en lakten de schijven, de meer ervaren makers brachten door middel van sjablonen de figuren aan. De meest begaafde chitrakar schilderde de details. Het spel is inmiddels uit de mode geraakt. De kaartspellen zijn vanwege hun mooie beschilderingen gewilde verzamelobjecten. <BR> <BR> Er bestaan verschillende varianten van het spel. De mogol ganjifa (96 schijven) bestond uit acht kleuren (zoals schoppen, klaver) met elk twaalf schijven. De hiërarchie van elke kleur is gebaseerd op lagen van het hofleven. Bovenaan staat de heerser, gevolgd door de eerste minister, onderaan een danseres of eenvoudig dier. Vaak wordt de waarde van de schijf ook met een aantal stippen aangegeven. <BR> Na verloop van tijd ontstond onder hindoes de dasavatara variant (120 schijven of kaarten). Dit spel bestaat uit tien kleuren, ingedeeld naar de incarnaties van Vishnu. Andere reeksen hadden scène’s uit het leven van bijvoorbeeld Krishna of Vishnu als onderwerp. <BR> <BR> De meeste schijven zijn gesneden uit een gestijfd (met een lijn vermengd met tamarinde zaad) en gelakt textiel. Er bestaan ook ganjifa spellen die zijn vervaardigd van luxere materialen, zoals ivoor, schildpadhuid, parelmoer, goud, zilver en leer. Deze spellen zijn dan eveneens prachtig beschilderd of voorzien van afbeeldingen door middel van inlegwerk.