Sanni Yakuma-masker van Paliya's

Beschilderde houten maskers, gebruikt in 'Sanni Yakuma'-ceremonies. De maskers stellen waarschijnlijk 'paliya's voor. <BR> Gezicht: donkerrood, versierd met donkere strepen. <BR> Ogen: amandelvormig, geel met donkergroene pupillen. <BR> Neus: groot, breed, krom. <BR> Mond: open, rode lippen van stof, witte tanden en slagtanden van plastic. <BR> Op de kop en rond de mond is met witte vezels haar en baard weergegeven.<BR> <BR> Vermoedelijk zijn dit maskers van 'paliya's. Zij komen aan het eind van de 'Sanni Yakuma'- ceremonie op het toneel om de 'sanniya's aan te kondigen. Zelf zijn het ook demonen. Deze scène heet 'dolaha pelapaliya'. Hun spel is komisch en ze houden een vulgaire dialoog met de drummer. Ze hebben allemaal een attribuut bij zich: kokosnoot, pan met kolen, fakkel, betelbladeren, sjaal, knuppel. Er zijn in totaal 12 'paliya's, met specifieke namen. Ze komen niet altijd allemaal op. Voordat ze weggaan brengen ze offers aan de 'sanniya's. Over deze 'paliya's bestaat nogal wat verwarring in de literatuur. Sommige auteurs noemen deze scène helemaal niet, anderen vermelden het wel, maar volgens hen zijn deze demonen niet gemaskerd.<BR> Het is moeilijk om de maskers te identificeren als specifieke 'paliya's, omdat ze weinig onderscheidende kenmerken hebben. Naar mijn mening zijn deze maskers niet voor ceremonieel gebruik gemaakt, gezien de tint van de kleuren en de moderne materialen als textiel en plastic die gebruikt worden. Bovendien zien de maskers er niet uit alsof ze gedragen zijn.<BR> (Lammers 1995).

Sanni Yakuma-masker van Paliya's

Beschilderde houten maskers, gebruikt in 'Sanni Yakuma'-ceremonies. De maskers stellen waarschijnlijk 'paliya's voor. <BR> Gezicht: donkerrood, versierd met donkere strepen. <BR> Ogen: amandelvormig, geel met donkergroene pupillen. <BR> Neus: groot, breed, krom. <BR> Mond: open, rode lippen van stof, witte tanden en slagtanden van plastic. <BR> Op de kop en rond de mond is met witte vezels haar en baard weergegeven.<BR> <BR> Vermoedelijk zijn dit maskers van 'paliya's. Zij komen aan het eind van de 'Sanni Yakuma'- ceremonie op het toneel om de 'sanniya's aan te kondigen. Zelf zijn het ook demonen. Deze scène heet 'dolaha pelapaliya'. Hun spel is komisch en ze houden een vulgaire dialoog met de drummer. Ze hebben allemaal een attribuut bij zich: kokosnoot, pan met kolen, fakkel, betelbladeren, sjaal, knuppel. Er zijn in totaal 12 'paliya's, met specifieke namen. Ze komen niet altijd allemaal op. Voordat ze weggaan brengen ze offers aan de 'sanniya's. Over deze 'paliya's bestaat nogal wat verwarring in de literatuur. Sommige auteurs noemen deze scène helemaal niet, anderen vermelden het wel, maar volgens hen zijn deze demonen niet gemaskerd.<BR> Het is moeilijk om de maskers te identificeren als specifieke 'paliya's, omdat ze weinig onderscheidende kenmerken hebben. Naar mijn mening zijn deze maskers niet voor ceremonieel gebruik gemaakt, gezien de tint van de kleuren en de moderne materialen als textiel en plastic die gebruikt worden. Bovendien zien de maskers er niet uit alsof ze gedragen zijn.<BR> (Lammers 1995).