Houten fluit in de vorm van een vis gesneden, gebruikt voor de hertenjacht als lokfluit.<BR> <BR> Traditioneel gezien maakte het voedsel dat verkregen was met jagen en strikken een belangrijk deel uit van het dieet van de inheemse bevolking van de "Eastern Woodlands". Naast het hert en de eland werden ook verschillende vossensoorten bejaagd. De pijl en boog, de voornaamste jachtwapens werden snel na het eerste contact met Europeanen vervangen voor geweren. Om geluk en succes in de jacht te verzekeren vastte de jager en bracht hij een offer voordat hij de wouden introk om te gaan jagen. Naast zijn wapens nam hij ook een aantal gelukbrengers met zich mee en brandde hij bepaalde planten om dieren naar zich toe te lokken. Naast magische hulpmiddelen zette de jager ook niet- magische lokmiddelen in om dieren naar zich toe te trekken. Hiervoor maakte hij gebruik van bijvoorbeeld eland- of hertenfluiten die het geluid van het kalfje imiteren. Dit hield wel enige risico in omdat ook voor de mens gevaarlijke roofdieren naar het geluid gelokt konden worden.