Mand

Zulu vlechtwerk en aardewerk zijn beide heel belangrijk omdat elk werd gemaakt en gebruikt voor de bereiding, consumptie en opslag van voedsel en dranken en hierdoor ook verbonden waren met rituelen waarin deze voorwerpen nodig waren. Sommige variaties worden tegenwoordig nog steeds geproduceerd. Negentiende en vroeg twintigste-eeuwse Zulu manden waren strikte gebruiksvoorwerpen voor voedsel en dranken en met name voor de consumptie van sorghumbier. Een van de belangrijkste rituelen is het brouwen en serveren van het bier dat bij speciale gelegenheden zoals huwelijk en begrafenis wordt gedronken en daarnaast wordt geofferd aan de voorouders. Manden en andere huishoudelijke voorwerpen werden met de doden begraven. Als materiaal voor vlechtwerk wordt de voorkeur gegeven aan een aantal gras- en palmsoorten. Het populairste materiaal zijn de jonge bladscheuten van de “ilala” palm (“Hyhaene natalensis”) die zelfs op markten verkocht worden voor het maken van vlechtwerk. Traditioneel gezien maakten zowel mannen als vrouwen vlechtwerk, maar tegenwoordig zijn mannelijke vlechters in aantal achteruit gegaan door het werk in de steden en het migratiewerksysteem waardoor zij zich niet meer op vlechtwerk kunnen concentreren. De plantenvezels werden met natuurlijke verfstoffen gekleurd waardoor allerlei motieven in het vlechtwerk gemaakt konden worden. Tegenwoordig wordt het Zulu vlechtwerk gekenmerkt door traditie en individualisme.

Mand

Zulu vlechtwerk en aardewerk zijn beide heel belangrijk omdat elk werd gemaakt en gebruikt voor de bereiding, consumptie en opslag van voedsel en dranken en hierdoor ook verbonden waren met rituelen waarin deze voorwerpen nodig waren. Sommige variaties worden tegenwoordig nog steeds geproduceerd. Negentiende en vroeg twintigste-eeuwse Zulu manden waren strikte gebruiksvoorwerpen voor voedsel en dranken en met name voor de consumptie van sorghumbier. Een van de belangrijkste rituelen is het brouwen en serveren van het bier dat bij speciale gelegenheden zoals huwelijk en begrafenis wordt gedronken en daarnaast wordt geofferd aan de voorouders. Manden en andere huishoudelijke voorwerpen werden met de doden begraven. Als materiaal voor vlechtwerk wordt de voorkeur gegeven aan een aantal gras- en palmsoorten. Het populairste materiaal zijn de jonge bladscheuten van de “ilala” palm (“Hyhaene natalensis”) die zelfs op markten verkocht worden voor het maken van vlechtwerk. Traditioneel gezien maakten zowel mannen als vrouwen vlechtwerk, maar tegenwoordig zijn mannelijke vlechters in aantal achteruit gegaan door het werk in de steden en het migratiewerksysteem waardoor zij zich niet meer op vlechtwerk kunnen concentreren. De plantenvezels werden met natuurlijke verfstoffen gekleurd waardoor allerlei motieven in het vlechtwerk gemaakt konden worden. Tegenwoordig wordt het Zulu vlechtwerk gekenmerkt door traditie en individualisme.