Pot voor het verwarmen en serveren van gezoete thee.<BR> <BR> Beschrijving (SO): De kan heeft een buikige vorm. Hij staat op een ronde, naar boven toe smaller wordende voet. Deze is opengewerkt en van siermotieven voorzien. Over de buik van de kan lopen rondom sierlijnen.<BR> In de kan bevindt zich, ten behoeve van de verwarming van de thee, een cilindervormige buis, die aan de onderkant wordt afgesloten met een rooster. De deksel is rond, convex. In het hoogste gedeelte van het deksel bevindt zich een opening, die aansluit op de verwarmingsbuis. Deze dient te zijn afgesloten door een tweede deksel, die bij deze kan echter ontbreekt. De kan heeft een tuit, die over vrijwel de gehele hoogte op het theereservoir aansluit.<BR> <BR> Functie: Thee waaraan een zoetstof is toegevoegd (qahwa), vormde bij de Balti's een bijzondere drank. Thee als zodanig wordt meestal Lepton-chai genoemd. Gezouten boterthee vormde de dagelijkse drank. De 'tibril', de pot voor de gezoete thee, vindt men slechts in betrekkelijk welvarende huishoudens. De 'tirbil' is meestal kleiner dan de 'samwar'.