Stel amuletten voor de bovenarm

Bovenarm-amuletten van dit type zijn tot dusver niet eerder gepubliceerd. Beide stukken werden in 1985 in Peshawar, Pakistan, aangekocht. Waarschijnlijk gaat het om voorwerpen die voorheen generatieslang binnen een familie zijn doorgegeven en pas recentelijk door Turkmeense vluchtelingen naar Pakistan zijn meegebracht en daar, onder druk van de omstandigheden, te gelde zijn gemaakt. De kornalijnen die zich aan de voorkant van de amuletten bevinden, zijn - met een diameter van ongeveer 9,5 cm - de grootste die tot dusver in een sieraad van Turkmeense origine zijn aangetroffen. Behalve met kornalijnen zijn de beide banden ook versierd met ovale en driehoekige turkooizen. Aangezien, zoals hierboven al werd aangegeven, literatuur over dit soort sieraden geheel ontbreekt, kan weinig met zekerheid over de armbanden vermeld worden. Een hypothese is dat deze bovenarmbanden gelnspireerd zijn op soortgelijke sieraden die veelvuldig zijn afgebeeld op Iraanse Qajar-olieverfschilderijen uit de eerste helft van de vorige eeuw. Het zou dan gaan om een imitatie van de opsmuk van Qajar-vorsten en hovelingen, door edelsmeden in het westelijke deel van Centraal-Azië. Men zou kunnen veronderstellen dat deze 'mode' onder de Turkmenen, vrijwel zonder een spoor na te laten, na korte tijd weer is verdwenen.<BR> <BR> Engelse tekst:<BR> Upper-arm amulet bracelets of this type have not been published before. Both pieces were purchased in Peshawar, Pakistan, in 1985. They had probably been passed down in one family for many generations and only recently been brought to Pakistan by Turkoman refugees forced by circumstances to sell them. The carnelians on the front of the amulets have a diameter of about 9.5 cm, which makes them the largest ever encountered in jewelry of Turkoman origin. Both bracelets are also decorated with oval and triangular pieces of turquoise. Because of the lack of literature on this type of ornament, little can be said about these bracelets. One hypothesis is that they were inspired by similar ornaments occurring frequently in Iranian Qajar oil paintings from the first half of the last century. This would make them imitations of the jewelry of Qajar rulers and courtiers, made by craftsmen in the western part of Central Asia. It is conceivable that this fad, if it existed, soon disappeared from the Turkoman culture without leaving a trace .

Stel amuletten voor de bovenarm

Bovenarm-amuletten van dit type zijn tot dusver niet eerder gepubliceerd. Beide stukken werden in 1985 in Peshawar, Pakistan, aangekocht. Waarschijnlijk gaat het om voorwerpen die voorheen generatieslang binnen een familie zijn doorgegeven en pas recentelijk door Turkmeense vluchtelingen naar Pakistan zijn meegebracht en daar, onder druk van de omstandigheden, te gelde zijn gemaakt. De kornalijnen die zich aan de voorkant van de amuletten bevinden, zijn - met een diameter van ongeveer 9,5 cm - de grootste die tot dusver in een sieraad van Turkmeense origine zijn aangetroffen. Behalve met kornalijnen zijn de beide banden ook versierd met ovale en driehoekige turkooizen. Aangezien, zoals hierboven al werd aangegeven, literatuur over dit soort sieraden geheel ontbreekt, kan weinig met zekerheid over de armbanden vermeld worden. Een hypothese is dat deze bovenarmbanden gelnspireerd zijn op soortgelijke sieraden die veelvuldig zijn afgebeeld op Iraanse Qajar-olieverfschilderijen uit de eerste helft van de vorige eeuw. Het zou dan gaan om een imitatie van de opsmuk van Qajar-vorsten en hovelingen, door edelsmeden in het westelijke deel van Centraal-Azië. Men zou kunnen veronderstellen dat deze 'mode' onder de Turkmenen, vrijwel zonder een spoor na te laten, na korte tijd weer is verdwenen.<BR> <BR> Engelse tekst:<BR> Upper-arm amulet bracelets of this type have not been published before. Both pieces were purchased in Peshawar, Pakistan, in 1985. They had probably been passed down in one family for many generations and only recently been brought to Pakistan by Turkoman refugees forced by circumstances to sell them. The carnelians on the front of the amulets have a diameter of about 9.5 cm, which makes them the largest ever encountered in jewelry of Turkoman origin. Both bracelets are also decorated with oval and triangular pieces of turquoise. Because of the lack of literature on this type of ornament, little can be said about these bracelets. One hypothesis is that they were inspired by similar ornaments occurring frequently in Iranian Qajar oil paintings from the first half of the last century. This would make them imitations of the jewelry of Qajar rulers and courtiers, made by craftsmen in the western part of Central Asia. It is conceivable that this fad, if it existed, soon disappeared from the Turkoman culture without leaving a trace .