Een mandje, gemaakt van een groot aantal langwerpige bladeren van de pandanus ("kaafo"). Aan beide uiteinden van het mandje zijn de bladeren met liaan bijeen gebonden, terwijl de bladeren in het midden doorvlochten zijn met dunne repen sagobladnerf ("ofa") die het mandje in de vorm houden. Enkele van de repen sagobladnerf vormen aan de bovenzijde een met liaan omwikkeld handvat. In het mandje wordt 'aas' gedaan, meestal een bepaald soort aarde dat langs kleine rivieren wordt gevonden, of een stuk nest van witte mieren. Het mandje wordt vervolgens in het water gezet met een draadje aan het handvat. Gebruikt door meisjes en vrouwen voor het vangen van crayfish ("kesoro") en kleine vissen ("menabo").