Wikkelrok van zwarte wol bestaande uit twee op een heupgetouw geweven banen die in de lengte van de kettingdraden aan elkaar zijn genaaid. De breedte van beide banen (tweemaal de inslag) bepaalt de lengte van de rok. De rok is veel wijder dan het lichaam en wordt daarom geplooid en bijeengehouden met een ceintuur (zie 4908-17c). Dit plooien kan op diverse manieren gebeuren en verschilt per streek. <BR> In Hueyapan maakt men vanaf de linkerkant zes tot zeven, naar voren wijzende plooien en vervolgens twee tot drie identieke plooien vanaf de rechterkant.