Cántaro, gemaakt in Acatlan, Puebla, één van de grote pottenbakkers- centra van Mexico, en als zodanig al bekend uit de pre-Spaanse tijd.<BR> Men maakt hier sier-aardewerk, maar voornamelijk toch gebruiksaarde- werk, in over het algemeen traditionele vormen. Het zijn veelal Mestiezen, die het vak beoefenen.<BR> Het gebruiks-aardewerk wordt met de hand gemaakt, vaak met behulp van een vorm. Het wordt éénmaal gebakken en versierd met enkele een- voudige figuren, met witte minerale verf getekend.<BR> Deze kruik is van gemiddelde grootte. Hij heeft drie oren vlak onder de schouder, een vlak standvlak en een tamelijk recht lopende wand, die wat schuin zijwaarts loopt. De schouder is bol, de hals tamelijk nauw. De roodbakkende klei heeft aan de buitenkant een donker-bruine sliblaag. Tussen de oren is steeds een driehoek van visgraat geverfd, met daar- binnenin en boven een bloempje van stippen. Dit is met witte minerale verf gebeurd. De klei is vermagerd, op vele plaatsen veroorzaakt de ver- magering schade aan de sliblaag en komt dan als witte pulver naar buiten. Gekocht op Maandagmarkt in Izócor de Matamoros.