Onderhavig diorama laat een (onbekende) suikerplantage zien aan een rivier in Suriname.<BR> Op de voorgrond de rivier met links een aangemeerde tentboot, in het midden een korjaal voor bananenvervoer met één roeier en rechts een vrachtboot ('pondo') voorhet vervoer van suiker naar de stad. Aan de rivier staan twee loodsen: een boothuis met een tentboot erin, en een houtwerkplaats waarin boten vervaardigd worden. Daarachter van links naar rechts: twee opslagplaatsen voor suiker; een gereedschapsschuurtje; de suikermalerij (het grootste gebouw op het diorama), die over het kanaaltje heen gebouwd is; het huis van de planter met enkele bijgebouwtjes en de bijbehorende tuin; en geheel rechts een molenachtig sluisje dat in een kanaal staat. Achter de suikermalerij en de sluis bevinden zich de kleine gebouwtjes van de slavenkwartieren. Het geheel is omzoomd door groen. Linksvoor staan drie palmen, recht en in het midden staan heesters en ligt een vijvertje met bloemen. <BR> Rondlopende mensen verlevendigen het tafereel, zoals de man met wandelstok voor de malerij, twee badende jongelui op de voorgrond tegenover de bananenkorjaal, suikertorsende slaven op weg naar de opslagplaatsen en een bezoeker van het plantershuis. Recht grazen twee koeien in de wei.<BR> <BR> In eigen atelier gemaakt duplicaat van het in het begin van de 19e eeuw door Gerrit Schouten vervaardigde diorama (A-6391), ter gelegenheid van de tentoonstelling "300 jaar Suriname-Nederland" in Paramaribo, september-oktober 1967