Vóór de komst van Europese ontdekkingsreizigers werkte de inheemse bevolking voornamelijk met stenen werktuigen. Helaas is er weinig bekend over inheemse productie en gebruik omdat al snel na het eerste contact Europese werktuigen de inheemse verdrongen. Dissels werden gemaakt van steen, vaak basalt, en van schelpen en worden veel gevonden tijdens archeologische opgravingen. Waarschijnlijk werden zij, net als andere voorwerpen, gemaakt door gespecialiseerde ambachtslieden. Deze werktuigen maakten ook onderdeel uit van uitgebreide handelsnetwerken. Uit archeologisch onderzoek naar de samenstelling van steensoorten bleek dat de vindplaats en de plaats van waarschijnlijke productie soms tot wel 1600 km van elkaar verwijderd waren. Bijlen en dissels werden voor allerlei activiteiten gebruikt zoals tuinbouw, houtbewerking en slijpen van graafstokken. Ze waren ook belangrijke gereedschappen van ambachtslieden die in hoog aanzien stonden. Bijlen en dissels werden gebruikt voor door de elite gesponsorde projecten zoals gesneden beelden en grote boten. In sommige gebieden in Oceanië hebben ze zelfs een functieverandering ondergaan. Eerst waren bijlen en dissels vooral gemaakt voor profaan gebruik zoals het hakken en bewerken van hout terwijl ze tegenwoordig in Oceanië juist een belangrijke functie vervullen in ceremonieën en rituelen.<BR> <BR> <BR>